4.7 Economisch beleid

Goedemiddag
pak alvast je boek, schrift, pen en rekenmachine!
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Goedemiddag
pak alvast je boek, schrift, pen en rekenmachine!

Slide 1 - Tekstslide

Sommetje indexcijfers
In 2021 betaalde je voor een volkorenbrood €2,29. Het indexcijfer in dat jaar was 105. In 2022 is het indexcijfer 108, wat betaal je voor dit brood dit jaar?

Slide 2 - Tekstslide

Sommetje indexcijfers
105 = €2,29
1 = €2,29:105 = 0,218095238
108 = 108 x 0,218095238 = €2,36

Slide 3 - Tekstslide

Sorry, nog een sommetje

UITGAVEN VAN KIRSTEN:
Wonen:           120          weging 35%
Voeding:        105          weging 20%
Kleding:            98         weging 10%
Ontspanning: 95         weging 20%
Overig:             107         weging 15%

1. bereken het ongewogen indexcijfer.

2. bereken het gewogen indexcijfer

Slide 4 - Tekstslide

uitwerken indexcijfers
ONGEWOGEN GEMIDDELDE INDEXCIJFER:
     -->  (120 + 105 + 98 + 95 + 107) : 5 = 105

GEWOGEN GEMIDDELDE INDEXCIJFER:
--> (35x120) + (20x105) + (10x98) + (20x95) + (15x107) = 10.785
       --> 10.785 : 100 = 107,85  --> afgerond = 108



Slide 5 - Tekstslide

Nu echt de laatste!
Je koopt een zak overheerlijke verse 
oliebollen voor €9,95.
Hoeveel euro btw betaal je? (lage tarief)

Slide 6 - Tekstslide

Nu echt de laatste!


€9,95 : 109 x 9 = €0,82

Slide 7 - Tekstslide

4.7 Economisch beleid
invloed van de overheid op de ecnomie

Slide 8 - Tekstslide

Planeconomie
Er zijn landen waar de overheid bepaalt wat er geproduceerd wordt, hoeveel, door wie en tegen welke prijs. Van marktwerking is geen sprake. 
Zo’n economie noem je een planeconomie.

China en Cuba waren in het verleden planeconomieën, nu is Noord-Korea dat bijvoorbeeld nog.

Slide 9 - Tekstslide

Vrije markteconomie
  • Een economie waarin vraag en aanbod de prijzen bepalen en waarbij de overheid niet ingrijpt met regels of wetgeving, is een vrijemarkteconomie.
  • Vaak worden de Verenigde Staten als voorbeeld gezien.

  • Maar een honderd procent vrijemarkteconomie komt nergens voor, want overal is er wel een overheid die maatregelen neemt.


Slide 10 - Tekstslide

Maar waar staat Nederland dan?

Er tussenin, oftewel een gemende economie of een georiënteerde markteconomie.


Slide 11 - Tekstslide

De-regulering
Deregulering:
Minder regels voor de particuliere sector.

Regulering:
Meer regels voor de particuliere sector.

Slide 12 - Tekstslide

Deregulering
-Minder regels voor de markt


Nadeel:
Bedrijven hebben meer macht.
Regulering
-Meer regels door de overheid.
-Wetten en regels

Voordeel:
De overheid zorgt dat het voor iedereen betaalbaar blijft. 


Slide 13 - Tekstslide

Hoe grijpt de overheid in?
  • Kwaliteitseisen
  • Maximumprijzen voor sommige producten (medicijnen)
  • Toeslagen/subsidies/accijnzen
  • Bijstand 

Slide 14 - Tekstslide

Invloed op economische groei
De overheid wil graag een lage rente 
                    --> goedkoop geld lenen --> goed voor investeringen
                    --> overheid betaalt minder rente over staatsschuld

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft invloed op de rente. Zij lenen geld uit aan banken.

Slide 15 - Tekstslide

Invloed Rente
Rente omhoog
 - sparen levert meer op, dus meer mensen gaan sparen 
    (en dus minder uitgeven)
 - lenen wordt duurder, mensen gaan minder lenen voor grote aankopen

Rente omlaag
 - sparen levert weinig op, mensen gaan eerder geld uitgeven
 - lenen is goedkoop, mensen sluiten eerder lening af voor grote aankopen


Slide 16 - Tekstslide

Maken H4
4.1: 1, 2, 3, 6, 7, 11
4.2: 1, 2, 6, 7, 8
4.3: 1, 2, 3, 6 & 7
4.4: 1, 2, 3, 4, 5, 7 & 8
4.5: 1, 2, 3, 4, 5 & 8
4.6: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 9, 10
4.7: 1 tot en met 6

Slide 17 - Tekstslide