Woordenschat
Wat betekent het woord defect?
A
mooi
B
meteen
C
stuk
D
goed
1 / 18
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Wat betekent het woord defect?
A
mooi
B
meteen
C
stuk
D
goed
Slide 1 - Quizvraag
Wat betekent patent?
A
alleenrecht
B
kapot
C
beleefd
D
direct
Slide 2 - Quizvraag
Wat betekent produceren?
A
gewild
B
starten
C
populair
D
maken
Slide 3 - Quizvraag
Wat betekent bevestigen?
A
vastmaken
B
beginnen
C
verlopen
D
maken
Slide 4 - Quizvraag
Geef een synoniem voor:
1. juist
2. gewoon
3. trainen
4.afvalbak
1. juist
2. gewoon
3. trainen
4.afvalbak
Slide 5 - Open vraag
Wat is een synoniem?
Slide 6 - Open vraag
Waar of niet waar?
De titel staat boven de tekst.
De titel staat onder de tekst.
De titel staat boven de tekst.
De titel staat onder de tekst.
Slide 7 - Open vraag
Waar vind je de bron van een tekst?
Slide 8 - Open vraag
Wat is een tussenkopje?
Slide 9 - Open vraag
Wat betekent de afkorting mbo?
Slide 10 - Open vraag
Wat betekent interviewen?
A
kopen
B
anders worden
C
vragen stellen
D
gwild
Slide 11 - Quizvraag
Wat betekent populair?
A
anders
B
vanaf
C
heel lekker
D
gewild
Slide 12 - Quizvraag
Wat betekent eigenlijk?
A
trouwens
B
vanaf
C
heel
D
opgewekt
Slide 13 - Quizvraag
Wat betekent je handen thuishouden?
A
CVeel kunnen
B
Niet aanraken
C
iets te snel doen
D
zeker
Slide 14 - Quizvraag
Welke tekstvorm is dit?
Hoe weet je dat?
Hoe weet je dat?
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
een recept is een
A
overhalende tekst
B
instructie/uitleggende tekst
C
overtuigende tekst
Slide 17 - Quizvraag
Wat is een deelonderwerp?
