2. 19 dec: herhalen +spel

Op tafel:
  • laptop
  • map
  • pen
  • Oefenboek
Welkom havo 3
timer
5:00
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.
  • Oortjes en telefoon in je tas. 
Starten met 5 minuten NUMO

Inlog vergeten?
gebruikersnaam: leerlingnummer: 123456
wachtwoord: j123456
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

Op tafel:
  • laptop
  • map
  • pen
  • Oefenboek
Welkom havo 3
timer
5:00
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.
  • Oortjes en telefoon in je tas. 
Starten met 5 minuten NUMO

Inlog vergeten?
gebruikersnaam: leerlingnummer: 123456
wachtwoord: j123456

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag donderdag 19 december: 
  • Numo: al gedaan
  • Huiswerk bespreken
  • Oefenen
  • Spel

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
Oefenboek pg 81: opdracht 6
Oefenboek pg 71: opdracht 5

Slide 3 - Tekstslide

H5 opdracht 6
  • Deze cartoon heeft als doel een grappig effect te hebben door een onverwachtse wending: iedereen weet dat kalkoenen worden geslacht voor kerstmis (incongruentietheorie). 
  • Deze cartoon kan sarcastisch bedoeld zijn. Men wil mensen die begaan zijn met dieren pijn doen.  

Slide 4 - Tekstslide

H4 opdracht 5
  • a Hilde luistert veel naar metal. Ze heeft verder een uitstekende muzieksmaak.
  • b Hilde luistert veel naar metal. Kortom: ze heeft een uitstekende muzieksmaak.
  • c Hilde luistert veel naar metal, aangezien ze een beroerde muzieksmaak heeft.

Slide 5 - Tekstslide

Open je laptop en log in op LessonUp.

Slide 6 - Tekstslide

Tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 7 - Tekstslide

Welk alineaverband herken je?
Zij zijn de dupe, maar oplossingen zijn er niet.
A
middel-doel
B
opsomming
C
tegenstelling
D
oorzaak-gevolg

Slide 8 - Quizvraag

Welk alineaverband geeft het signaalwoord "maar" aan?
A
Opsomming
B
Voorbeeld
C
Tegenstelling
D
Dat moet ik nog uit mijn hoofd gaan leren.

Slide 9 - Quizvraag

Wij gaan onder die boom zitten, omdat het snikheet is.
'omdat'=
A
oorzakelijk verband
B
doel-middelverband
C
redengevend verband
D
concluderend verband

Slide 10 - Quizvraag

Je moet signaalwoorden kunnen toepassen; daarvoor moet je ze goed kunnen onthouden. 'daarvoor'=
A
oorzakelijk verband
B
toelichtend verband
C
concluderend verband
D
doel-middelverband

Slide 11 - Quizvraag

Terwijl ik in de ambulance lag, bleven de anderen in verwarring achter.
terwijl=
A
toelichtend verband
B
tegenstellend verband
C
chronologisch verband
D
vergelijkend verband

Slide 12 - Quizvraag

Na een lange discussie besluiten we uiteindelijk wat te gaan drinken.
uiteindelijk=
A
chronologisch verband
B
oorzakelijk verband
C
voorwaardelijk verband
D
toegevend verband

Slide 13 - Quizvraag

Tekstdoelen

Slide 14 - Tekstslide

Het lezen van een kerstkaart
A
Informeren
B
Activeren
C
Amuseren
D
Beschouwen

Slide 15 - Quizvraag

Begin met dit recept een avond van tevoren. Doe de beide soorten rozijnen in een kom, zet ze onder water en laat dit een kwartier staan. Giet de rozijnen af in een zeef en laat ze een nacht drogen aan de lucht.
Doe voor het deeg de bloem, melk, gedroogde gist, basterdsuiker, het zout en ei in een kom en kneed daar een soepel brooddeeg van.
A
Activeren
B
Overtuigen
C
Instrueren
D
Beschouwen

Slide 16 - Quizvraag


A
Activeren
B
Overtuigen
C
Instrueren
D
Beschouwen

Slide 17 - Quizvraag


A
Instrueren
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Amuseren

Slide 18 - Quizvraag

Sluit je laptop en stop 'm in je tas. 

Slide 19 - Tekstslide

Spel: Code Names
  • Het spel wordt zo in twee groepen gespeeld. 

  • Elke groep wordt in twee teams ingedeeld: 
  • team rood, team blauw. 
  • Elk team heeft 3 spelers en 1 teamleider. 

Slide 20 - Tekstslide

  • Het spel bestaat uit 20 kaartjes met afbeeldingen erop. 
  • Iedereen kan de kaartjes zien. 
  • Alleen de teamleiders kunnen zien welke kaarten bij welke kleur horen. 
  • De teamleiders geven hints, zodat hun teamgenoten weten welke kaarten ze moeten kiezen. 
  • Het team dat als eerst alle eigen kaarten geraden heeft, wint. 
  • Dan komt er een nieuwe teamleider en begin je opnieuw.

Slide 21 - Tekstslide

Het geven van hints: 
  • Team rood wil dat deze twee kaartjes (>> geel) geraden worden en geeft de hint 
  • bal, 2 
  • bal = hint
  • 2 = het aantal kaarten dat bij de hint hoort. 
  • Dit is best een moeilijke hint, want er zijn nog meer kaarten die bij deze hint kunnen horen. >> zwart

Slide 22 - Tekstslide

Het geven van hints:
  • Team rood wil dat deze twee kaartjes (>> geel) geraden worden en geeft de hint: 
  • vakantie, 2
  • vakantie = hint
  • 2 = het aantal kaarten dat bij de hint hoort.
  • Zijn er andere kaartjes die ook bij 'vakantie' kunnen horen?  

Slide 23 - Tekstslide

Tot slot
Wie er mag beginnen, ligt aan de kleur om het kaartje. 
Dit team moet 8 kaartjes laten raden, het andere team 7. 

Slide 24 - Tekstslide

Klaar om te spelen? 
Maak 4 groepjes van 4 spelers. 
Kies een teamleider. 

Slide 25 - Tekstslide