Verdieping: ogen van dieren.
Echolocatie
Oogvlekken: lichtgevoelige cellen (wormen).
Bekerogen: oogvlekken op steeltjes (slakken).
Facet ogen: lens met lichtgevoelige cellen (insecten).
Gezichtsveld: groot (prooidieren), kleiner maar meer diepte zien (roofdieren)
Mensen 3 type kegeltjes (rood, blauw, groen). Dieren zien kleuren anders, missen vaak een soort kegeltjes.
Sommige dieren zien UV licht - bijen kunnen lijnen op bloemen zien.
Sommige dieren zien infrarood - warmte van andere organismen zien d.m.v. warmtezintuigen.
Aanpassingen nachtdieren: grote ogen (extra licht opvangen), extra veel staafjes, speciale laag cellen bij het netvlies.
Echolocatie: voorwerpen te lokaliseren door zelf geluid uit te zenden, en te luisteren naar de echo die wordt ontvangen door hun oor. Sommige blinde mensen gebruiken ook echolocatie. (horen waar het geluid vandaan komt of tegenaan 'botst'. )