Vragers & Aanbieders Opbrengsten en kosten deel 2

Vragers & aanbieders H1 Opbrengsten & kosten D2
Aanvullend aanbod - Economie HAVO
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Vragers & aanbieders H1 Opbrengsten & kosten D2
Aanvullend aanbod - Economie HAVO

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen? 
> Terugblik (15 min); 
> Zelf aan de slag (30 min); 
> Pauze (10 min);
> Uitleg/klassikale opdrachten (15 min); 
> Zelf aan de slag (15 min);
> Iets voor jezelf (15 min);
> Afsluiting (5 min). 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
- Uit de TK de GK kunnen berekenen. 
- De break-evenafzet en break-evenomzet aflezen en uitleggen waarom dit belangrijk is. 
- MK en MO kunnen berekenen en begrijpen.
- Maximale winst kunnen berekenen. 

Slide 3 - Tekstslide

Klantenopdracht
> Dali's cupcake shop: Hoe kom ik tot de maximale winst? 
Vandaag en volgende week.

Vandaag: Hoeveel moet ik verkopen om quitte te staan?

Slide 4 - Tekstslide

Stel
P=5 VK= 1 en CK=200

Wat zijn mijn TK bij q=60? En wat is mijn TW? 

Slide 5 - Tekstslide

Break even?
5 euro per q
1 per q + ck=200
TO=pq
TK=(VKq)+TCK
TO=TK

Slide 6 - Tekstslide

GTK & GO 
Je berekent het gemiddelde om goed te kunnen vergelijken hoeveel kosten je kwijt bent per product bij een bepaalde afzet. 


GTK=q(TK)
GO=q(TO)

Slide 7 - Tekstslide

Stel
P=5 VK= 1 en CK=200

Bereken de GK wanneer q=40 & wat is GO?

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag
Wat? > 2.1A + 2.1B
          > Goed lezen voor je de opdrachten maakt. 

Hoe? In tweetallen mag je overleggen. 

Hoelang? 30 minuten 

Klaar? 2.1C

Slide 9 - Tekstslide

Pauze
10 minuten

Slide 10 - Tekstslide

Marginale kosten en opbrengsten
De marginale kosten zijn de extra kosten die een onderneming heeft als de productie met één eenheid wordt uitgebreid.

De marginale opbrengsten zijn de extra opbrengsten die een onderneming krijgt bij de verkoop van één extra eenheid. 

--> Wanneer MK groter is dan MO (MK > MO) dan stop je met produceren. 




Dit moet je een keer geoefend hebben om het helemaal te begrijpen. De opdrachten 1.11 t/m 1.22

Slide 11 - Tekstslide

Maximale winst berekenen 
Bij welke hoeveelheid goederen (=q) verkopen hebben we  maximale winst?
Maximale winst → MO = MK

MO = marginale opbrengst  → MO = GO = P
MK = Marginale kosten  → MK = GVK (dit is bijna altijd het geval)

Dit moet je een keer geoefend hebben om het helemaal te begrijpen. De opdrachten 1.11 t/m 1.22

Slide 12 - Tekstslide

Stappenplan maximale winst
1. Bepaal de GTO (gemiddelde totale opbrengsten: TO / q) en daarbij MO (=marginale opbrengsten).
2. Bepaal de GVK (gemiddelde variabele kosten: VK / q). Zet GVK gelijk aan MK (=marginale kosten). Alleen als GVK proportioneel zijn
3. Zet MO gelijk aan MK (MO=MK) om de maximale winst te berekenen. 
Dit moet je een keer geoefend hebben om het helemaal te begrijpen. De opdrachten 1.11 t/m 1.22

Slide 13 - Tekstslide

MO = 2,5
Bij welke afzet is er maximale winst?
A
6
B
6,5
C
4
D
dat kan je niet weten

Slide 14 - Quizvraag

Maximale winst is bij een hoeveelheid van
A
60
B
40
C
50
D
90

Slide 15 - Quizvraag

(Je hebt één bakkersoven!)
     Marginale
       kosten 
      en winst
   (MK en MW)
Samengevat
Je blijft bakkers aannemen zolang 
MO > MK. Tot je op het punt komt dat MO = MK (TW maximaal). Hierna wordt MO < MK, dus stop je met extra bakkers aannemen.

Slide 16 - Tekstslide

Samen
Werkblad invullen maximale winst cupcake bedrijf Dali

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
Wat? > 2.1C
          > Goed lezen voor je de opdrachten maakt. 

Hoe? In tweetallen mag je overleggen. 

Hoelang? 15 minuten 

Klaar? 2.1D 

Slide 20 - Tekstslide

Afsluiting
- Uit de TK de GK kunnen berekenen. 
- De break-evenafzet en break-evenomzet aflezen en uitleggen waarom dit belangrijk is. 
- MK en MO kunnen berekenen en begrijpen.
- Maximale winst kunnen berekenen. 

Slide 21 - Tekstslide