BE1 3.3 Lezen - Tekst- en alineaopbouw deel 1

Bij Nederlands!
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bij Nederlands!

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

1. Karakterontwikkeling en spanning in verhalen
2. Tekstopbouw: tweedeling of driedeling
3. Alineaopbouw: kernzin met uitleg 

Slide 2 - Tekstslide

Wat vind je hiervan?
In welk soort boeken is karakterontwikkeling belangrijk?
Waarom zijn in de meeste strips de hoofdpersonen flat characters?

Slide 3 - Tekstslide

Lees uit 3.1 Fictie
op bladzijde 143 'Rifka' en 
op bladzijde 144 Het auteursdossier van Gideon Samson.

Maak in jouw groepje
7 en 8.

Slide 4 - Tekstslide

Elke tekst heeft een inleiding.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Niet elke tekst heeft een inleiding
 Heel korte teksten, zoals e-mailberichten en berichten in sociale media hebben geen inleiding.

Slide 6 - Tekstslide

De inleiding van een krantenartikel heeft meestal een ander lettertype of andere tekstopmaak.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Teksten die uit twee delen bestaan, komen veel voor.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Tweedeling in nieuwsberichten
 In kranten staan veel nieuwsberichten en 
die hebben vaak een tweedeling: 
een
inleiding en een kern.

Slide 10 - Tekstslide

Tekstopbouw
Nieuwsbericht
Artikel

Slide 11 - Tekstslide

Driedeling in tekstopbouw: Inleiding + kern + slot 
Een goede tekst bestaat uit drie delen.


Kern
Informatie over het onderwerp
Samenvatting of conclusie

Slide 12 - Tekstslide

Uit hoeveel delen bestaat een goed opgebouwde tekst?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 13 - Quizvraag

Kernzinnen
Een kernzin is de belangrijkste zin in een alinea. Het is de kern van wat je wilt zeggen. 
Na de kernzin volgt meestal een uitleg of een voorbeeld.  
De kernzin is meestal de eerste, de tweede of de laatste zin van een alinea.

Slide 14 - Tekstslide


Wat is een kernzin?
A
De kernzin staat altijd onderaan de tekst.
B
In de kernzin staat de belangrijkste informatie uit een alinea.
C
In de kernzin staat het belangrijkste uit de hele tekst.
D
De kernzin is de zin in het midden van een tekst.

Slide 15 - Quizvraag


Voorbeeld kernzin

Slide 16 - Tekstslide

De kernzin als eerste zin van de alinea

Emoties zonder te huilen

Niet kunnen huilen betekent niet dat dieren geen emoties kennen, zoals verdriet. Er zijn veel diersoorten gevonden die bijvoorbeeld treuren om een verloren nakomeling of familielid, zoals ganzen, wolven of zeehonden. Ze huilen er alleen nooit bij. 

Slide 17 - Tekstslide

De kernzin als tweede zin van de alinea
Vlucht leguanen 

Het is een unieke eenmalige uitzondering benadrukt Diergaarde Blijdorp. Maar dinsdag mochten vier Antilliaanse leguanen met het regeringsvliegtuig van Rutte meereizen. Ze komen naar Nederland voor een fokprogramma.

Slide 18 - Tekstslide

De kernzin in de laatste zin
Verkeersinfarct A6/A9 onopgelost

De regionale bestuurders vinden dat het alternatief voor de A6/A9 geen verbetering oplevert van de bereikbaarheid in de regio. Dit is in strijd met de ambitie van het kabinet en de regio om samen het internationale concurrentiekracht te versterken. Daarom wijzen de regionale bestuurders dit alternatief voor het verkeersinfarct als mogelijke oplossing af. 

Slide 19 - Tekstslide

Duzzz... 
alineaopbouw
De kernzin = 
De belangrijkste zin van een alinea. De zin met de belangrijkste informatie van de alinea. 
Meestal de 1e, 2e of laatste zin.

De rest van de alinea =
Uitleg, uitwerking of voorbeelden bij de kernzin

Slide 20 - Tekstslide

Wat?
Paragraaf 3.3 Lezen 2 t/m 5 afmaken + nakijken en maak 6 t/m 8 + 9 
Hoe?
Leerwerkboek + schrift
Blaadje met twee artikelen voor opdracht 9
Hulp?
Boek --> klasgenoot --> Straver
Resultaat?
Huiswerk
Klaar?
Taak week 2 

Slide 21 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3.3 Lezen tot en met opdracht 8

Slide 22 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 23 - Woordweb