geleedpotigen en gewervelden-3BB

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

thema 3 ordening

3. 5 Geleedpotigen en gewervelden

wat gaan we vandaag doen?

herhaling vorige lessen H3

klassikaal invullen schema

nieuwe theorie: 3.5 geleedpotigen en gewervelden

aan de slag: zelf maken 3.5 + nakijken en verbeteren

• op basis van welke kenmerken?
• invullen in het schema

4 rijken

3 soorten planten

2 soorten sporenplanten

2 soorten zaadplanten

vorige les - dieren

7 stammen

Kenmerken waar we naar kijken:

Skelet: inwendig, uitwendig, geen skelet

waar leven ze: in water en/of op land

invullen in schema

De 7 stammen zijn:

1. spondieren

2. neteldieren

3. wormen

4. weekdieren

5. stekelhuidigen

6. geleedpotigen

7. gewervelden

Geleedpotigen:

1 miljoen van de ruim 1.3 miljoen soorten!

Nieuwe theorie

Nieuwe theorie

Geleedpotigen:

- uitwendig skelet: pantser, kan niet meegroeien

(vervellen, snel groeien, nieuw pantser)

- lichaam bestaat uit stukjes: segmenten

- poten bestaan uit verschillende stukjes: leden/geleed                 

Nieuwe theorie

de geleedpotigen worden onderverdeeld in 4 klassen:

1. veelpotigen

2. kreeftachtigen

3. spinachtigen

4. insecten

Kenmerk waar we naar kijken: aantal poten

invullen in schema

insecten

spinachtigen

kreeftachtigen

veelpotigen

Nieuwe theorie

gewervelden:

- inwendig skelet met een wervelkolom

- wervelkolom bestaat uit meerdere wervels

-bij de mens ook wel ruggengraat genoemd

Nieuwe theorie

De gewervelden worden onderverdeeld in 5 klassen:

- vissen

- amfibieën

- reptielen

- vogels

- zoogdieren

invullen in schema

Nieuwe theorie

Kenmerken waar we naar kijken: 

• lichaamstemperatuur:

warmbloedig: temperatuur van het lichaam is altijd constant

koudbloedig: lichaamstemperatuur past zich aan omgeving aan

• Manier van voortplanten (eieren, levendbarend)
• Huid (droog, nat, haren, schubben)
• Ademhaling (longen,  kieuwen)

vissen

amfibieën

reptielen

vogels

zoogdieren

Vragen?

Zelf aan de slag

maken 3.5 opdracht 1 t/m +9 (NIET 4)

Bij opdracht 8: kies allemaal een ANDER dier

zelf nakijken en verbeteren

de mens hoort bij de

1. geleedpotigen
2. stekelhuidigen
3. gewervelden
4. neteldieren

een zoogdier plant voort door

1. leggen van eieren
2. verspreiden van sporen
3. verspreiden van zaden
4. levend baren

Een kenmerk van een gewervelde is

1. uitwendig skelet (pantser)
2. wervelkolom met wervels
3. geen skelet

kreeftpotigen hebben

1. 10 poten
2. 6 poten
3. 8 poten
4. meer dan 10 poten

het lichaam van geleedpotigen bestaat uit stukjes.
Die stukjes noemen we

1. pantsers
2. segmenten
3. leden
4. afdelingen

deze groep dieren ademt door longen
heeft droge schubben
is meestal koudbloedig

1. vogels
2. reptielen
3. zoogdieren
4. amfibieën