- Je bent vriendelijk en beleefd:
Je begroet de klant, je zegt "u" tegen de klant, en meneer/mevrouw.
- Je hebt respect voor de klant:
Je blijft vriendelijk en beleefd, ook al is de klant anders dan jij.
- Geef de klant je aandacht:
Je kijkt de klant aan, en je luistert naar wat hij/zij zegt.
Kijk goed naar je klant en bedenk wat hij/zij nodig heeft.
- Geef niet je mening als daar niet om gevraagd wordt.
Je luistert goed naar de klant om erachter te komen wat hij/zij wilt. Dat is beter dan je eigen mening meteen te geven