Lezen: intensief lezen, tekstindeling, woordbetekenis en context, beeldspraak

1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Ga je een tekst intensief lezen
  • Leer meer over de indeling van een tekst
  • Leer je woordbetekenissen in een stappenplan kunt achterhalen
  • Kom je meer te weten over beeldspraak
  • Zie je welk huiswerk bij deze les hoort

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide


Wat kun je zeggen over je eigen studiemethode, nu je dit geluidsfragment hebt gehoord?
Ik maak geen aantekeningen
Ik neem mij voor om aantekeningen te maken en die schrijf ik dan het liefste
Ik neem mij voor om aantekeningen te maken en die typ ik toch liever
Leuk hoor, maar ik doe er niets mee

Slide 5 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je deze opdracht (met geluidsfragment)
Makkelijk
Moeilijk
Niet gedaan

Slide 6 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Globaal lezen hebben we in Blok 3 les 1 besproken

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

signaalzin
Vertel in eigen woorden wat
een signaalzin is

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies




Uit deze signaalzin kun je opmaken, dat er nieuwe
informatie in de alinea gegeven gaat worden.
      "4. Behalve de gegevens uit de Verenigde Staten en Europa, 
            heb ik ook gegevens uit Nederland."
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Wat 'hier' is, staat verderop in de alinea.
      "6. Nu is hier wel een kanttekening bij te plaatsen"
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Wat is 'dit' voor woord?
       2. Maar waar is dit op gebaseerd? En klopt het wel?
A
Een signaalwoord
B
Een lidwoord
C
Een verwijswoord
D
Een belangrijk woord

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een signaalwoord maakt duidelijk wat alinea’s, of zinnen met elkaar te maken hebben.
A
Ja, helemaal goed!
B
Ja, maar ze kunnen ook verwijzen naar iets wat eerder in de tekst genoemd is.
C
Nee, signaalwoorden verwijzen naar iets wat eerder in de tekst genoemd is.
D
Ik weet niet wat een signaalwoord is.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De signaalwoorden 'daarna' en 'en' geven aan dat er sprake is van een opsomming.
A
Dat klopt
B
Dat is niet zo

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De signaalwoorden 'daarna' en 'en' kunnen aangeven dat er alinea's worden opgesomd (meerdere goed)
A
Dat is goed.
B
Dat klopt, maar er kan ook een opsomming binnen in diezelfde alinea komen.
C
Ik weet dat er al iets uit die opsomming genoemd is
D
Nee, deze signaalwoorden geven een 'tijdverband' aan.

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je over een tekst als de schrijver zegt:
"Maar dit zijn niet de enige voordelen die verklaren 
 waarom wij dol zijn op een uitverkoop"

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk(e) signaalwoord(en) herken je in deze zin?
"Maar dit zijn niet de enige voordelen die verklaren 
 waarom wij dol zijn op een uitverkoop"

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Uit deze signaalzin kun je opmaken, dat er nieuwe
informatie in de alinea gegeven gaat worden.
      "4. Behalve de gegevens uit de Verenigde Staten en Europa, 
            heb ik ook gegevens uit Nederland."
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Wat 'hier' is, staat verderop in de alinea.
      "6. Nu is hier wel een kanttekening bij te plaatsen"
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Wat is 'dit' voor woord?
       2. Maar waar is dit op gebaseerd? En klopt het wel?
A
Een signaalwoord
B
Een lidwoord
C
Een verwijswoord
D
Een belangrijk woord

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een signaalwoord maakt duidelijk wat alinea’s, of zinnen met elkaar te maken hebben.
A
Ja, helemaal goed!
B
Ja, maar ze kunnen ook verwijzen naar iets wat eerder in de tekst genoemd is.
C
Nee, signaalwoorden verwijzen naar iets wat eerder in de tekst genoemd is.
D
Ik weet niet wat een signaalwoord is.

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De signaalwoorden 'daarna' en 'en' geven aan dat er sprake is van een opsomming.
A
Dat klopt
B
Dat is niet zo

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De signaalwoorden 'daarna' en 'en' kunnen aangeven dat er alinea's worden opgesomd (meerdere goed)
A
Dat is goed.
B
Dat klopt, maar er kan ook een opsomming binnen in diezelfde alinea komen.
C
Ik weet dat er al iets uit die opsomming genoemd is
D
Nee, deze signaalwoorden geven een 'tijdverband' aan.

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk tekstverband herken je in deze zin?
"Maar dit zijn niet de enige voordelen die verklaren 
 waarom wij dol zijn op een uitverkoop"

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We hebben uitgebreid hier aandacht voor gehad in de lessen 'woordenschat' in Blok 2 (les 2 t/m 5)
!

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies