Quiz over taal blok 1 en 2
1 / 15
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wie zijn de hoofdpersonen van het boek?
A
Mel en Rozien
B
Thyrza en Thomas Beek
C
Julia en Thyrza
D
de agent en Julia
Slide 3 - Quizvraag
In welk perspectief is het verhaal geschreven?
A
Ik-perspectief
B
hij/zij perspectief
C
alwetend perspectief
D
geen perspectief
Slide 4 - Quizvraag
Op welke plekken speelt het verhaal zich af?
A
op het politiebureau
B
bij een visafslag, koelcel, ziekenhuis en dokterspraktijk
C
in een restaurant
D
in een afgelegen huis
Slide 5 - Quizvraag
Welke relatie hebben Sanne en Noor met een van de hoofdpersonen?
A
Kinderen van Peter Elsinga
B
Zusjes van de stagiaire
C
Het zijn de nichtjes van Jonathan
D
vriendinnen van Tyrza
Slide 6 - Quizvraag
Wie is Peter Elsinga?
A
collega van Thomas, ook rechercheur
B
De man van Eline
C
De vader van Sanne en Noor
D
De vriend van Jonathan
Slide 7 - Quizvraag
Op welke plek wordt Tyrza vastgehouden?
A
in het bos
B
in een afgelegen park
C
in een koelcel
D
in een kraakpand
Slide 8 - Quizvraag
Hoe hebben de agenten het meisje gevonden?
Slide 9 - Open vraag
Wie heeft het meisje vermoord?
Slide 10 - Open vraag
Waarom heeft Jonathan juist Tyrza uitgekozen?
Slide 11 - Open vraag
Welke bloedgroep had Tyrza?
Slide 12 - Open vraag
Hoe heet de persoon die een nier wilde?
Slide 13 - Open vraag
Beschrijf met een beoordelingswoord wat je van het boek vond. Motiveer je antwoord!
