Mevrouw E., 28 jaar, heeft regelmatig een dag heftige bonzende hoofdpijn, vaak aan één kant, waarbij zij misselijk is, moet overgeven en geen licht kan verdragen. Tijdens een aanval kan ze niet werken. Het enige wat ze kan doen is op bed liggen en slapen. Na een dag is het meestal voorbij. De aanvallen treden gemiddeld één keer in de twee maanden op. Ze heeft van de neuroloog medicatie gekregen