In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Stemmingsstoornissen
Steven Frowein
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we leren:
- Wat zijn stemmingstoornissen?
- Welke vormen zijn er?
- Welke behandeling is er mogelijk?
-
Slide 2 - Tekstslide
Stemmingsstoornissen
Slide 3 - Tekstslide
timer
2:00
Stemmingsstoonissen wat zou het kunnen zijn?
Slide 4 - Woordweb
Wat is een stemmingstoornis?
Slide 5 - Tekstslide
stemmingsstoornissen
Een verzamelnaam voor psychische aandoeningen waarbij de gemoedstoestand of emoties ernstig verstoord zijn of niet passen bij de situatie waarin iemand zich verkeert.
Slide 6 - Tekstslide
Invloed op stemming
Aanleg
Grondstemming
Toekomstverwachting
lichamelijke conditie
Stemming
Recente gebeurtenis
Uur van de dag
voorgeschiedenis
Actuele omstandigheden
Slide 7 - Tekstslide
Welke stemmingsstoornissen kennen jullie al?
Slide 8 - Open vraag
denk aan
depressie (alle varianten; dysthyme, uni polair en bipolair, psychotische)
bipolaire stemmingsstoornis
Slide 9 - Tekstslide
Stemmingsstoornis wat is het?
Stoornis van de stemming
Heftiger dan normaal
Langer dan normaal
Gevolgen voor alle aspecten die belangrijk zijn in het leven
Slide 10 - Tekstslide
Depressieve stoornissen
1 malig depressieve stoornis
recidiverende stemmingsstoornis = steeds terugkerend
dystyme stoornis = depressieve stemming is chronisch maar minder heftig
depressieve stoornis niet anders omschreven
Slide 11 - Tekstslide
Bipolaire stoornissen
Manie = je voelt je als of je de hele wereld aankunt. Bij manie ook psychotische componenten
Hypomaan = lichtere vorm van overdreven opgewektheid wat samen gaat met het hebben van veel energie (hypomanie)
Depressie = ernstig verlies van interesse in alles en iedereen om je heen
Slide 12 - Tekstslide
overige stemmingstoornissen
door een somatische aandoening
door een middel
Slide 13 - Tekstslide
Psychose bij stemmingstoornis
verliezen van contact met de realiteit
bij depressie; kleur van de psychose heel negatief
bij manie kleur van de psychose dat alles kan en mogelijk is
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
https:
Slide 16 - Link
Depressie
Slide 17 - Tekstslide
Symptomen depressie
Je bent somber of neerslachtig.
Je hebt minder plezier in het leven.
Je eet minder of juist meer.
Je hebt last van slapeloosheid.
Je bent vermoeid.
Je hebt last van concentratieproblemen.
Je denkt aan zelfdoding.
Slide 18 - Tekstslide
https:
Slide 19 - Link
Slide 20 - Video
04:22
welke 2 of 3 oorzaken kun je noemen voor het ontstaan van een depressie?
Slide 21 - Open vraag
Depressie volgens DSM-5
Tenminste 5 van de volgende symptomen gedurende 2 weken
waarbij in ieder geval:
1. sombere stemming en/of
2. verlies van interesse of plezier
Slide 22 - Tekstslide
Wat moet hoort niet tot je taak als verzorgende IG of begeleider specifieke doelgroepen bij het verzorgen/begeleiden van mensen met een depressie?
A
Stimuleren tot activiteit
B
Observeren van (bij)werking medicatie
C
Rapporteren van gedrag
D
Gedragstherapeutische gesprekken
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Video
Bi-polaire stoornis
Slide 25 - Tekstslide
hoe herken je een bipolaire stoornis?
Slide 26 - Open vraag
Slide 27 - Video
wat is verlies van ziektebesef?
A
zelf niet in de gaten hebben dat je ziek bent
B
je beseffen dat je ziek bent
Slide 28 - Quizvraag
Bipolaire stoornis
- Depressieve episodes
- Manische episodes
Slide 29 - Tekstslide
Behandeling
- Medicatie
- Therapieën
- ECT
- Signaleringsplan
- verpleegkundige interventies
Slide 30 - Tekstslide
Oorzaken
Biologische factoren
Sociale factoren
Psychische factoren.
Slide 31 - Tekstslide
Sociale factoren
Stressvolle omstandigheden kunnen bijdragen aan het ontstaan van een stemmingsstoornis. Bijvoorbeeld ernstige relatieproblemen, het overlijden van een dierbare of grote spanningen op het werk. Ook een ingrijpende positieve gebeurtenis kan het proces in gang zetten, zoals de geboorte van een kind gevolgd door een postpartum depressie.
Slide 32 - Tekstslide
Psychische factoren
Een stemmingsstoornis heeft te maken met bepaalde karaktereigenschappen en/of denkpatronen. Voorbeelden zijn perfectionisme, een laag zelfbeeld of het onvermogen om moeilijkheden zelfstandig op te lossen. Dit kan depressieve gevoelens of andere stemmingsstoornissen in de hand werken.
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Video
Risicofactoren
Verliessituaties
Alcohol- of middelenmisbruik
Onderliggende lichamelijke ziekte
Chronische stress
Sociaal isolement
Slide 35 - Tekstslide
Een symptoom van een depressie kan zijn
A
Dwangmatig dingen controleren
B
Wisselende stemmingen hebben
C
Denken dat je Jezus bent
D
Moeite hebben met keuzes maken
Slide 36 - Quizvraag
manie
Een abnormaal verhoogde, prikkelbare stemming
Abnormale verhoogde activiteit of energie
Minstens een week vaak langer, kwijt raken van contact met realiteit