Keuzedeel ondernemerschap mbo - W2 (les 4, 13 dec 22)

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

D1-K1: Start en/of runt een zzp-onderneming
D1-K1-W1: Bepaalt het (toekomst)beeld van de onderneming
D1-K1-W2: Geeft de zzp-onderneming/eenmanszaak vorm
D1-K1-W3: Regelt het financiële gedeelte (van het opstarten) van de onderneming
D1-K1-W4: Bewaakt, registreert en verantwoordt de financiële situatie
D1-K1-W5: Presenteert en promoot de onderneming
D1-K1-W6: Koopt in voor de onderneming (producten en/of diensten)
D1-K1-W7: Verwerft opdrachten/bindt klanten

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen (deel 1):
  • Ik ken de 3 P's van duurzaam ondernemen
  • Ik ken de beoordelingscriteria van opdracht 2
  • Ik omschrijf de klantgroep waar ik mijn onderneming op richt
  • Ik kies de kanalen die ik inzet voor communicatie met mijn doelgroep en het leveren van mijn aanbod
  • Ik beschrijf de klantrelatie en verwachtingen

Hierna kun je verder met opdracht 2

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Duurzaam ondernemen
People - (mens) hoe ga je om met het welzijn van mensen?
Planet - (planeet) Hoe belast de onderneming het milieu zo min mogelijk?
Profit - (winst) hoe zorg je met efficiënte bedrijfsvoering voor voldoende inkomsten?

Een duurzame onderneming streeft naar balans tussen de 3 P's

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 2
Deadline vrijdag 16 december.

Zoek de beoordelingscriteria erbij.
Waar kun je deze vinden?

Slide 6 - Tekstslide

Voorwaardelijke opdracht 2:
Eerste versie plan voor de onderneming
1. Je hebt beschreven wat je waardepropositie is. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
2. Je hebt beschreven wie je klantgroep is. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
3. Je hebt beschreven welke kanalen je gebruikt voor communicatie met je doelgroep en het leveren van je aanbod. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
4. Je hebt beschreven op welke manier je relaties aangaat met je doelgroep en welke verwachtingen er zijn. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
5. Je hebt beschreven welke mensen en middelen er nodig zijn voor de onderneming. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
6. Je hebt beschreven wat de kernactiviteiten van de onderneming zijn. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
7. Je hebt beschreven wie de partners van de onderneming zijn. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
8. Je hebt beschreven welke kosten de onderneming maakt en op welke manier er geld binnenkomt. De beschrijving past bij de overige onderdelen van je plan voor de onderneming.
9. Je hebt een ondernemingsvorm gekozen die past bij de invulling van de onderdelen van je plan en de consequenties van deze keuze beschreven.
10. Je hebt de risico’s van deze onderneming beschreven en hierbij aangegeven op welke manier je de risico’s afdekt. De risico’s zijn zodanig dat je een eventuele tegenslag kunt opvangen.
De opdracht is voldoende als minimaal 8 van de 10 criteria aangetoond zijn.


Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 2
Wat lever je in?

Opdracht 2 (pdf it's learning) uitgewerkt 
per onderdeel + een eerste versie
van je ondernemersplan. 

Slide 8 - Tekstslide

Waardepropositie
Welke toegevoegde waarde lever je?

Welk probleem los je op voor de klant?

Waarin onderscheid jij je van concurrenten?
(Wie zijn je concurrenten?)

Slide 9 - Tekstslide

Ryanair?
Emirates first class?

Slide 10 - Tekstslide

Klantgroep
Aan wie bied ik mijn product/dienst aan?

Wat is de behoefte van deze doelgroep?

Ligt de focus op mannen of op vrouwen, het hele land of een bepaalde provincie? Denk verder aan opleiding, woonplaats, interesses en sociaal-economische achtergrond. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Waarom een doelgroep?
  • Je weet op wie je je richt
  • Je kunt deze groep in kaart brengen qua omvang en bereikbaarheid
  • Je kunt je communicatie hierop aanpassen zowel in toon als in middel
  • Hoe specifieker, hoe gerichter je kunt communiceren

Slide 13 - Tekstslide

Segmentatiecriteria
  • Geografisch (regio, woonplaats, postcode)
  • Demografisch (leeftijd, geslacht, burgerlijke staat)
  • Socio-economisch (inkomen, beroep, opleiding)
  • Lifestyle (houding, interesses en opinie)
  • Gebruik (koopgedrag)

Slide 14 - Tekstslide

Doelgroepanalyse
  • Voer onderzoek uit
  • Verzamel gegevens
  • Maak het zo concreet mogelijk (cijfers!)

Slide 15 - Tekstslide

Klantrelaties
Hoe wil jij contact hebben met je klant?
Online of offline?
Persoonlijk of geautomatiseerd?



Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wat is je grootste irritatie in contact met een bedrijf/klantenservice?

Slide 18 - Open vraag

Kanalen
Hoe bereik jij de klant?
Hoe komt jouw product of dienst bij de klant terecht?

Denk aan communicatiekanalen, verkoopkanalen, distributiekanalen.

Tip! Kijk af bij je concurrent/voorbeeld. 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Leerdoelen (2)
Je benoemt de verschillende mensen
en middelen die je nodig hebt mbt. het
ondernemen 

Je benoemt de kernactiviteiten van je onderneming 

Je beschrijft de partners van je onderneming

Je benoemt welke kosten de onderneming maakt en op
 welke manier er geld binnenkomt 









Slide 21 - Tekstslide

???

Hoe staat het met jouw kennis
over de verschillende mensen en 
middelen in relatie tot ondernemen?

Slide 22 - Tekstslide

Mensen

Slide 23 - Woordweb

Middelen

Slide 24 - Woordweb

Wie?

Familie/vrienden
Boekhouder
Leveranciers
Klanten
Vakmensen
Conculega's
Inspirators
Influencers












Wat?

Een goed idee
Een rechtsvorm
Financiële middelen
Zakelijke rekening 
Locatie
Apparatuur/benodigdheden
Verzekeringen
Boekhoudprogramma
Netwerk/samenwerking
Motivatie
Belastingdienst
KvK




Slide 25 - Tekstslide

Wie en wat heb jij nodig?

Schrijf kort op wie en wat jij nodig hebt voor je onderneming en waarom 

Slide 26 - Tekstslide

Kernactiviteiten van je onderneming
Een kernactiviteit is een activiteit waar 
een onderneming in hoofdzaak mee 
bezig is. 

Oftewel de  core-business 

Slide 27 - Tekstslide

Kernactiviteiten 
Maken

Verkopen

Ondersteunen

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Partners van de onderneming
  • Mede-aandeelhouder
  • Zakenpartner
  • Partners in samenwerken
  • Keypartner
  • Privépartner

Slide 30 - Tekstslide

Kosten zijn kosten als je
A
het uitgeeft
B
het investeert
C
als je iets gebruikt om een product te maken of te verkopen
D
het koopt

Slide 31 - Quizvraag

Een eigenaar van een onderneming koopt van de winst van zijn onderneming een nieuwe machine. Wat is het bedrijfsdoel van deze eigenaar?
A
Behalen van winst.
B
Continuiteit.
C
Duurzaam ondernemen.
D
Werk en inkomen.

Slide 32 - Quizvraag

Als een dure machine wordt gekocht maakt een onderneming een tijdje geen winst.
A
Juist, eerst moet de machine terugverdiend worden. Gedurende die tijd is er geen winst
B
Onjuist, want de kosten worden over de levensduur van de machine verdeeld en steeds deels van de winst afgetrokken. Dat heet afschrijving(skosten)
C
Juist, dit laat zien dat er geen verschil is tussen uitgaven en kosten.
D
Onjuist, energie- en personeelskosten verlagen de winst van de onderneming.

Slide 33 - Quizvraag

Bedrijfskosten

Alle noodzakelijke kosten die je maakt
voor je bedrijf

Voorbeelden?


Slide 34 - Tekstslide

Bedrijfskosten
  • KvK
  • Zakelijke rekening
  • Telefoonabonnement
  • Ontwerp logo/website
  •  Apparatuur/benodigheden
  • Huur
  • Verzekeringen
  • Boekhouder

Slide 35 - Tekstslide

TIP!!!!!!


Hou bedrijfskosten en privé-uitgaven 
gescheiden met een zakelijke rekening

Slide 36 - Tekstslide

Kosten
Bedrijfskosten volgens de belastingdienst

Aftrekbare kosten

Minder inkomstenbelasting

Bewijslast ligt bij jou!

Slide 37 - Tekstslide

Inkomsten
Welk bedrag moet je verdienen?

Privébegroting

Bepalen van uurtarief/prijs product


Slide 38 - Tekstslide

Inkomsten
Liquiditeitsbegroting

Verwachte inkomsten en uitgaven

Je volgt het geld


Slide 39 - Tekstslide

Tips voor het vergroten van je inkomsten?

Slide 40 - Woordweb

Hoe zorg je voor meer inkomsten?
  • USP
  • Website
  • Naamsbekendheid
  •  Fouten maken mag
  • Jouw meerwaarde
  • Social media
  • Klantrelatie
  • Check de markt

Slide 41 - Tekstslide

De les van vandaag vond ik:
😒🙁😐🙂😃

Slide 42 - Poll

Tips en tops

Slide 43 - Open vraag

Voorbereiding les 5 (20 dec)
  • Lever uiterlijk vrijdag 16 december opdracht 2 in.
  • Bereid een pitch voor van max. 2 minuten waarin jij jouw bedrijf(sidee) presenteert
  • Bedenk één vraag/onderwerp waar jij antwoord of feedback op wilt
  • Laat in de teams-chat weten of je fysiek aanwezig bent volgende week.

     Tip! Werk je urenregistratie bij.

Slide 44 - Tekstslide