Les 28 2M3 schooljaar 2024/25 (kw 3)

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Hallo Klasse 2M3! 

Slide 2 - Tekstslide







  • Wiederholung Redemittel
  • Wiederholung haben en sein
  • Wiederholung getallen t/m 1000








Slide 3 - Tekstslide

Wiederholung
Redemittel
nehmt einen Stift und Papier

Slide 4 - Tekstslide

Wiederholung
NL-D

Slide 5 - Tekstslide

Übersetze
1. Waar woon je?
2.We hebben een huis aan zee.
3. In wat voor een huis woon je?
4.Ik woon in een flatgebouw.
5. Ik woon in een rijenhuis.
6. Wij wonen op een boerderij.
7. Ik woon in het noorden van Nederland.
8. Hebben jouw ouders het huis gekocht?
9. Ja, ze hebben het gekocht.
10. Nee, ze hebben het gehuurd.

timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Übersetze
1. Waar woon je?
2.We hebben een huis aan zee.
3. In wat voor een huis woon je?
4.Ik woon in een flatgebouw.
5. Ik woon in een rijtjeshuis.
6. Wij wonen op een boerderij.
7. Ik woon in het noorden van Nederland.
8. Hebben jouw ouders het huis gekocht?
9. Ja, ze hebben het gekocht.
10. Nee, ze hebben het gehuurd.

1. Wo wohnst du?
2. Wir haben ein Haus am Meer.
3. In was für ein Haus wohnst du?
4. Ich wohne in einem Hochhaus.
5. Ich wohne in einem Reihenhaus.
6. Wir wohnen auf dem Bauernhof.
7. Ich wohne im Norden von den Niederlanden.
8. Haben deine Eltern das Haus gekauft?
9. Ja, sie haben es gekauft.
10. Nein, sie haben es gemietet.

Slide 7 - Tekstslide

Wiederholung
D-NL

Slide 8 - Tekstslide

Übersetze
1. Ich habe eine Ratte als Haustier.
2.Mein Wellensittich heißt Hansi.
3. Meine Katze ist drei Jahre alt.
4. Meine Schildkröte frisst gern Salat.
5. Mein Hund ist verspielt.
6. Meine Maus ist ganz lieb
7. Mein Lieblingstier ist ein Pony.
8. Ich finde Pferde toll.
9. Ich mag keine Schlangen.
10. Ich habe Angst vor Spinnen.

timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Übersetze
1. Ich habe eine Ratte als Haustier.
2.Mein Wellensittich heißt Hansi.
3. Meine Katze ist drei Jahre alt.
4. Meine Schildkröte frisst gern Salat.
5. Mein Hund ist verspielt.
6. Meine Maus ist ganz lieb
7. Mein Lieblingstier ist ein Pony.
8. Ich finde Pferde toll.
9. Ich mag keine Schlangen.
10. Ich habe Angst vor Spinnen.

1. Ik heb een rat als huisdier.
2. Mijn parkiet heet Hansi.
3. Mijn poes is drie jaar oud.
4. Mijn schildpad eet graag sla.
5. Mijn hond is speels.
6. Mijn muis is heel lief.
7. Mijn lievelingsdier is een pony.
8. Ik vind paarden geweldig.
9. Ik hou niet van slangen.
10. Ik ben bang voor spinnen.

Slide 10 - Tekstslide

Wiederholung
haben und sein
Arbeitsblatt
timer
7:00

Slide 11 - Tekstslide

Wiederholung
Getallen t/m 1000
762
83
94
979
1734
54
21
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Wiederholung
Getallen t/m 1000
762=  siebenhundertzweisechzig
83=     dreiundachtzig
94=    vierundneunzig
979=  neunhundertneunundsiebzig
1000= eintausend/ tausend
54=     vierundfünfzig
21=      einundzwanzig

Slide 13 - Tekstslide

Seid ihr bereit?
''Ja! Wir sind bereit!''

Slide 14 - Tekstslide

Noch Zeit?
Lernen Kapitel 2
Wortschatz und Redemittel

Slide 15 - Tekstslide

Fragen? fragen!

Slide 16 - Tekstslide

Ciao! Bis zum nächsten Mal

Slide 17 - Tekstslide