Ongelijkheid

Ongelijkheid
Lorenzcurve
Ginicoëfficiënt 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Ongelijkheid
Lorenzcurve
Ginicoëfficiënt 

Slide 1 - Tekstslide

"gelijkheidslijn"
inkomensverdeling "Land A"
Lorenz curve 
Geeft aan in welke mate de inkomensverdeling afwijkt van een geheel gelijke inkomensverdeling

LET OP:
Cumulatieve percentages!

Slide 2 - Tekstslide

lorenz curve
horizontale as:
  • bevolking van 0 tot 100%, geordend op inkomen (hier: groepjes van 10%)

verticale as:
  • het inkomen dat CUMULATIEF wordt verdient van het totale inkomen
  • je start bij 0% en eindigt bij 100%

Slide 3 - Tekstslide

lorenz curve
  • Hoeveel procent van het inkomen wordt verdiend door de 40 % armste mensen?
  • 16,4 %
  • Hoeveel procent van het inkomen wordt verdiend door de 60 % rijkste mensen?
  • 100 % - 16,4 % = 83,6 %
  • Hoeveel procent van het inkomen wordt verdiend door de 20 % rijkste mensen?
  • 100 % - 58,5 % = 41,5 %

Slide 4 - Tekstslide

Ginicoëfficiënt 
Ginicoëfficiënt = oppervlakte 1 als percentage van oppervlakte 1 + 2. Hoe groter de GF hoe verder de curve is verwijderd van diagonaal hoe groter de ongelijkheid

Slide 5 - Tekstslide

Percentielratios
Inkomen rijkste groep/inkomen armste groep
Armste 10 %--> 2,9 %
Rijkste 10 %--> 43 %
              (100 % - 57 %)
Rijkste verdient 43/2,9 = 14,8 x zo veel

Slide 6 - Tekstslide

Lees en huiver
Bladzijde 112 'In context: topinkomens in Nederland'

Maken opgave 2 op bladzijde 116
timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

Antwoorden

Slide 8 - Tekstslide

Antwoorden

Slide 9 - Tekstslide

Antwoorden

Slide 10 - Tekstslide

Maken
Opgave 3 en 5

Tip bij vraag 3 E
80/20 ratio wil dus zeggen
 inkomensaandeel rijkste 20 %/ inkomensaandeel armste 20 %


timer
6:00

Slide 11 - Tekstslide

Zelf nakijken
timer
4:00

Slide 12 - Tekstslide

Inkomensverdeling en vermogensverdeling
Hoge inkomens kunnen veel sparen.
Vermogen levert rente/dividend/huur op. Met dit inkomen neemt vermogen toe.
Groei op groei
Vermogen groeit harder dan inkomen.

Samengestelde groei

Slide 13 - Tekstslide

vermogen in Nederland

Slide 14 - Tekstslide