Media, Vormgeving en ICTMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Hoe ziet de inhoud van een werkstuk eruit?
Slide 1 - Tekstslide
In deze les leer je:
Wat een werkstuk is.
Wat je van het maken van een werkstuk leert.
Welke hoofdstukken er in een werkstuk zitten.
Slide 2 - Tekstslide
Wat is een werkstuk?
Een werkstuk is een dun boekje. Er staat tekst in over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld Afrika, De Rijn of motorcrossen
Slide 3 - Tekstslide
Wat leer je ervan?
Voordat je gaat schrijven, verzamel je heel veel informatie. Het is niet de bedoeling dat je al die informatie gaat overschrijven. Je moet er een logisch verhaal van maken, in je eigen woorden.
Slide 4 - Tekstslide
Het titelblad
Net als de voorkant van een boek, laat de voorkant van een werkstuk zien waar de tekst over gaat. Door een goed titelblad willen anderen je werkstuk gaan lezen.
Slide 5 - Tekstslide
De inhoudsopgave
De inhoudsopgave is bedoeld om heel snel te kunnen zien wat op welke plek in het werkstuk staat.
Slide 6 - Tekstslide
De inleiding
In de inleiding schrijf je kort iets over de keuze voor het onderwerp en iets over de inhoud van het werkstuk. Je schrijft dit meteen na de inhoudsopgave.
Slide 7 - Tekstslide
De hoofdstukken
Na de inleiding komen de hoofdstukken. Hierin staat alle informatie die je hebt gevonden.
Slide 8 - Tekstslide
Plaatjes in je werkstuk
Plaatjes kunnen je tekst ondersteunen. Ze laten dan zien wat je met een stukje tekst bedoeld.
Slide 9 - Tekstslide
Nawoord
In het nawoord schrijf je hoe je het erkstuk hebt aangepakt. Je verteld wat er goed ging en wat beter kon.
Slide 10 - Tekstslide
De bronvermelding
het is belangrijk om je bronnen te noemen. Dan weet de docent dat je alle informatie hebt opgezocht en waar je hebt gezocht en dat je het niet zelf hebt bedacht.
Slide 11 - Tekstslide
Bronnen
Alles waar jij je informatie vandaan haalt is een bron en die zet je in de bronvermelding.