Unit 5 - future | MAX AllRight! 2HV

Unit 5

Future tenses
Work through this LessonUp independently and answer the questions. 

You can check p. 184 and p. 216 in your book while doing the exercises. 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Unit 5

Future tenses
Work through this LessonUp independently and answer the questions. 

You can check p. 184 and p. 216 in your book while doing the exercises. 

Slide 1 - Tekstslide

will - future
going to - future
present continuous - future
present simple
voorspelling met bewijs
voorspelling zonder bewijs / gebaseerd op een mening
Vaststaande gebeurtenis onderdeel van vast schema / dienstregeling
afspraken in de nabije toekomst waarvan tijd en/of plaats al vaststaat
voorstel / verzoek / beloftes
iemand is iets (niet) van plan

Slide 3 - Sleepvraag

Our flight _______ at eight o'clock.
A
is leaving
B
will leave
C
leaves

Slide 4 - Quizvraag

I _______ Sarah this afternoon. We need to discuss our plans for the summer.
A
meet
B
am meeting
C
will meet

Slide 5 - Quizvraag

It looks like the presentation ________ any moment.
A
will start
B
is going to start
C
starts

Slide 6 - Quizvraag

The film ________ at 9pm, so I ____ pick you up at 7:30pm.
A
will start, am going to
B
is starting, will
C
starts, will

Slide 7 - Quizvraag

We ________ the final at my place tonight. Would you like to come?
A
are watching
B
watch
C
will watch

Slide 8 - Quizvraag

I'm sure Ajax ______ the match against Aston Villa this Thursday.
A
is winning
B
is going to win
C
will win

Slide 9 - Quizvraag

We promise we _____ on time tomorrow!
A
are being
B
are going to be
C
will be

Slide 10 - Quizvraag

Next year, I _____ the Taj Mahal.
A
visit
B
am going to visit
C
will visit

Slide 11 - Quizvraag

What time _____ your next class?
A
is
B
is going to be
C
will be

Slide 12 - Quizvraag

Our flight leaves at eight o'clock. >> Present simple, want tijdsschema / rooster. 

I am meeting Sarah this afternoon. We need to discuss our plans for the summer. >> Present continuous, want al gepland en gaat (vrijwel) zeker gebeuren. Je moet namelijk echt (need to) je plannen voor de zomer overleggen met haar. 

It looks like the presentation is going to start any moment. >> To be going to-future, want voorspelling die gebaseerd is op een aanwijzing (it looks like).


Slide 13 - Tekstslide

The film starts at 9pm, >> Present simple, want tijdsschema / rooster. 
so I will pick you up at 7:30pm. >> will-future, want voorstel en/of belofte. 

We are watching the final at my place tonight. Would you like to come? >> Present continuous, want al gepland en gaat (vrijwel) zeker gebeuren en daarom vraag je of 'you' wil komen. 

I'm sure Ajax will win the match against Aston Villa this Thursday. >> will-future, want voorspelling gebaseerd op een mening. 






Slide 14 - Tekstslide

We promise we will be on time tomorrow! >> will-future, want het is een belofte. 

Next year, I am going to visit the Taj Mahal. >> going to-future, want dit is iets wat je van plant bent (en je had het plan al vóór het gesprek)

What time is your next class? >> Present simple, lessen beginnen volgens een vast rooster/schema. 






Slide 15 - Tekstslide

Look at those dark clouds! It _________ . (to rain)
(gebruik geen afkortingen en schrijf alleen het gedeelte van de zin op dat mist)

Slide 16 - Open vraag

If it starts raining, I _______ inside, OK? (to go) (gebruik geen afkortingen en schrijf alleen het gedeelte van de zin op dat mist)

Slide 17 - Open vraag

What time ____ the plane ____? (to land)
(gebruik geen afkortingen en schrijf alleen het gedeelte van de zin op dat mist)

Slide 18 - Open vraag

Look at those dark clouds! It is going to rain. >> going to-future, want het is een voorspelling gebaseerd op een aanwijzing.

If it starts raining, I will go inside, OK? >> will-future, want het is een plan dat spontaan ontstaat tijdens het gesprek / een activiteit. 

What time does the plane land? >> Present simple, het gaat om een rooster / schema. 






Slide 19 - Tekstslide

Do you have a good understanding when and how to use the different future tenses?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

DONE?
Please close your laptop so I know you are done and continue with the exercises in your book. 

Do the following exercises:
ex. 9, p. 199-200
ex. 10a, p. 200-201
ex. 11, p. 201-202
Carefully read what you need to do!

Slide 21 - Tekstslide