Wet Zorg en Dwang

Wet Zorg en Dwang 
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Wet Zorg en Dwang 

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
Zorg en Dwang in de praktijk

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al van zorg en dwang?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wet zorg en dwang
De Wet zorg en dwang regelt de rechten bij onvrijwillige zorg of onvrijwillige opname van mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie).


Een delier is geen aandoening die onder de Wzd valt. Zorg dient binnen de Wgbo (Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst) geregeld worden of via de Wvggz (Wet verplichte ggz) indien onderliggende oorzaak een psychiatrische aandoening is.

Slide 6 - Tekstslide

Werken in je subgroep
Werk de volgende stappen uit in je subgroep
Doorloop per onderwerp de volgende stappen
  1. Wat weet ik al van het onderwerp
  2. Wat weten mijn groepsgenoten
  3. Zoek bevestiging door theorie te raadplegen
Stem af met je je docent hoe en wanneer jullie een terugkoppeling willen.

Slide 7 - Tekstslide

Wat voor vormen van onvrijwillige zorg kennen jullie?

Slide 8 - Woordweb

De Wzd onderscheidt de volgende negen categorieën onvrijwillige zorg:

  1. toedienen van vocht, voeding en medicatie, medische handelingen en therapeutische maatregelen;
  2. beperken van de bewegingsvrijheid;
  3. insluiten;
  4. uitoefenen van toezicht op betrokkene;
  5. onderzoek aan kleding of lichaam;
  6. onderzoek van de verblijfsruimte op beïnvloedende middelen/gevaarlijke voorwerpen
  7. controleren op de aanwezigheid van gedrag beïnvloedende middelen;
  8. beperken van de vrijheid om het eigen leven in te richten;
  9. beperken van het recht op het ontvangen van bezoek.
  10. Het toedienen van gedragsmedicatie buiten de richtlijn 

Slide 9 - Tekstslide

Ernstig nadeel
Onvrijwillige zorg kan verleend worden als dat noodzakelijk is om ‘ernstig nadeel’ te voorkomen.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is ‘ernstig nadeel’ volgens de Wzd?

Slide 11 - Woordweb

Ernstig nadeel
Wzd omschrijft ernstig nadeel als ‘het bestaan van of het ernstig risico op’:
levensgevaar voor de cliënt of iemand anders;
• ernstig lichamelijk letsel voor de cliënt of iemand anders;
ernstige psychische, materiële, immateriële of financiële schade voor de cliënt of iemand anders;
ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang van de cliënt of iemand anders;
ernstig verstoorde ontwikkeling van de cliënt of iemand anders;
bedreiging van de veiligheid van de cliënt al dan niet doordat hij onder invloed van een ander
raakt
• de situatie dat de cliënt met hinderlijk bedrag agressie van anderen oproept;
• de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Wilsbekwaam en wilsonbekwaam
Zoek in een groepje uit wat deze begrippen inhouden

timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

Wanneer is iemand wilsonbekwaam?

Slide 15 - Woordweb

Wilsonbekwaam
In sommige situaties kan een patiënt zelf niet (meer) zijn wensen kenbaar maken. Iemand is dan wilsonbekwaam. 
Een patiënt is wilsonbekwaam als hij:

  • De informatie over zijn ziekte niet kan begrijpen
  • Zelf geen beslissing over zijn behandeling kan nemen
  • Of de gevolgen van een beslissing niet kan overzien.
  • Een persoon die niet voor zichzelf kan beslissen is wilsonbekwaam.

Slide 16 - Tekstslide

Stappenplan
Het stappenplan in de Wet zorg en dwang (Wzd) regelt de stappen die de zorgverantwoordelijke moet zetten bij de beoordeling of onvrijwillige zorg noodzakelijk is. 

In het stappenplan staat ook welke deskundigen de zorgverantwoordelijke daarbij moet betrekken.


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Zorgleefplan
De Wet zorg en dwang stelt eisen aan het opstellen van een zorgplan 
  1. Het zorgplan wordt z.s.m., maar uiterlijk binnen 6 weken na start van de zorg opgesteld.
  2. Het zorgplan houdt zoveel mogelijk rekening met de wensen van de cliënt. 
  3. De zorgverantwoordelijke bespreekt het zorgplan met de cliënt.
Wanneer het zorgplan niet voldoet aan de zorgbehoefte en er een risico bestaat op ernstig nadeel voor de cliënt en/of zijn omgeving ->stappenplan. 


Slide 20 - Tekstslide

Alternatievenbundel

Inspiratie voor vrijwillige en passende zorg.


Slide 21 - Tekstslide

Casus
Meneer Pieterse woont in een verpleeghuis. Hij heeft dementie (de arts heeft dit vastgesteld). Hij heeft heldere en minder heldere momenten. Onlangs is hij een keer ’s nachts uit bed gegaan omdat hij naar huis wilde. Dit brengt het gevaar met zich mee dat hij snel kan vallen als hij in de war is. Nu is het voorstel om in de nacht een bedhek te plaatsen dat meneer Pieterse zelf niet kan verwijderen. Meneer Pieterse neemt eigenlijk alles aan van de zorgmedewerkers en stemt in. Ook de cliëntvertegenwoordiger stemt in.

Slide 22 - Tekstslide

1. Is de Wet zorg en dwang van toepassing? 
1. Is de Wet zorg en dwang van toepassing?
  • Antwoord: Ja. Meneer Pieterse heeft een vastgestelde psychogeriatrische aandoening (dementie), vastgesteld door een arts. De Wzd is van toepassing op cliënten met een psychogeriatrische aandoening of een verstandelijke beperking.

Slide 23 - Tekstslide

1. Is de Wet zorg en dwang van toepassing? 
2. Is er sprake van één van de 9 vormen van (onvrijwillige) zorg?
  • Antwoord: Ja. Meneer Pieterse wordt door het plaatsen van bedhekken in zijn bewegingsvrijheid ingeperkt. Dit is één van de 9 categorieën waar sprake kan zijn van onvrijwillige zorg. Maar stel nou dat meneer Pieterse niet meer kan bewegen vanwege zijn aandoening. Dan is er geen sprake van een beperking van de bewegingsvrijheid.

Slide 24 - Tekstslide

1. Is de Wet zorg en dwang van toepassing? 
3. Is er sprake van verzet bij de cliënt tegen deze maatregel?
  • Antwoord: In deze casus is het antwoord ‘nee’. Meneer Pieterse verzet zich niet tegen de maatregel en ook de cliëntvertegenwoordiger stemt in. Als meneer Pieterse zich op een later moment alsnog verzet, dan is er altijd sprake van onvrijwillige zorg.

Slide 25 - Tekstslide

1. Is de Wet zorg en dwang van toepassing? 
4. Is de cliënt wilsonbekwaam ter zake?
  • Ook als de cliënt zich níet tegen een maatregel verzet, dan nog zijn er 3 situaties waarbij bij wilsonbekwame cliënten altijd het stappenplan moet worden gevolgd. Dit zijn: insluiting, beperking van de bewegingsvrijheid en het toedienen van gedragsmedicatie buiten de richtlijn. De bedhekken beperken bij meneer Pieters zijn bewegingsvrijheid. 

Slide 26 - Tekstslide

Dus nu is de vraag: ‘Is de cliënt wilsonbekwaam ter zake’. 

Het gaat er dan om of de cliënt echt weet wat hij in deze concrete situatie beslist én de gevolgen van zijn beslissing kan overzien of bijvoorbeeld overal ‘ja’ op zegt. Een deskundige beoordeelt de wilsonbekwaamheid.

Als we ervanuit gaan dat bij meneer Pieterse de arts heeft beoordeeld dat deze cliënt ‘wilsonbekwaam’ is, is het stappenplan van toepassing, ook al verzet de cliënt zich niet en stemt de cliëntvertegenwoordiger in met het plaatsen van bedhekken. 

Slide 27 - Tekstslide

Werk in groepjes aan de casus die wordt uitgedeeld.

Slide 28 - Tekstslide

Casus
Mijnheer Meindertsma heeft naast andere cognitieve stoornissen uitgebreide geheugenproblemen, waardoor hij niet wilsbekwaam ter zake is. In het begin van de opname schopte en sloeg hij de zorgmedewerkers bij de algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) en waarschijnlijk kwam dat door onbegrip en angst. Door behandeling met lorazepam (rustgevende medicatie) verloopt de zorg veel prettiger, maar mijnheer weigert vaak deze medicatie. Zijn wettelijk vertegenwoordiger wil echter ook niet dat lorazepam wordt ingezet omdat mijnheer er suffer van wordt. 
Meneer Meidertsma gaat overdag vaak in bed liggen en slaapt dan veel. Hij is daardoor 's nachts vaak wakker en maakt medebewoners wakker door hard te zingen en  hij loopt de kamer van anderen binnen. De wettelijk vertegenwoordiger wil graag dat zijn kamerdeur op slot wordt gedaan, zodat mijnheer niet meer continu op zijn bed kan gaan liggen.


Slide 29 - Tekstslide

TIPS:

• Kijk wat het effect is op het gedrag van de cliënt in
verschillende situaties en bij interacties met verschillende
personen.
• Vat agressie of boosheid niet persoonlijk op.
• Gebruik werkmethoden die effectief zijn.
• Samen weet en kun je altijd meer. Dus betrek de cliënt,
familie en collega’s bij je zoektocht naar oorzaken van
gedrag, afwegingen en besluiten.
• Spanning tussen vrijheid en veiligheid geeft altijd dilemma’s
waar geen eenduidige oplossing voor is. Zorg dus voor een
veilige omgeving om samen risico’s en mogelijkheden te
bespreken en onderzoeken.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Wat vonden jullie van deze les?

Slide 32 - Tekstslide