Formuleren voor V6

SE gedocumenteerd schrijven
Mappen inleveren uiterlijk vrijdag 12:00 uur in de daarvoor bestemde doos links in de kast bij de receptie.
Alleen de bronnenmap mag ook online in SOM in het juiste inlevervak. 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

SE gedocumenteerd schrijven
Mappen inleveren uiterlijk vrijdag 12:00 uur in de daarvoor bestemde doos links in de kast bij de receptie.
Alleen de bronnenmap mag ook online in SOM in het juiste inlevervak. 

Slide 1 - Tekstslide

Hoe beoordeel je je eigen taalverzorging?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Van welke onderdelen van taalverzorging wil je nog uitleg?

Slide 3 - Open vraag

citaten gevonden in teksten van jullie voorgangers
"Dat sociale media gevaarlijk is weten veel jongeren niet, er zou daarom betere voorlichting moeten komen."

"Het leenstelsel moet afgeschaft worden; die zorgt namelijk voor sociale ongelijkheid.
Echter heeft de basisbeurs ook nadelen."

Slide 4 - Tekstslide

De meest gemaakte fouten in structuur
-over de structuur is niet goed nagedacht(maak vooraf een bouwplan) Dat mag in je mapje samenvattingen!
-niet de juiste structuur gekozen
-er staat nieuwe informatie in het slot 

Slide 5 - Tekstslide

De meest voorkomende fouten in formuleringen

-willen is onregelmatig (ik, je jij hij zij -wil/  u/jij wilt)
-een komma  'en' (niet doen)
-'echter' aan het begin van een zin
-'dat' en 'wat' door elkaar halen
- verkeerde verwijswoorden gebruiken
-verkeerd woordgebruik

Slide 6 - Tekstslide

verkeerd woordgebruik
heel -hele (als versterkend bijwoord niet verbuigen! Dat is een heel goede keuze!)Wil je een hele of halve banaan?
te danken -te wijten
omdat -doordat daarom - daardoor
tenzij - mits

Slide 7 - Tekstslide

formuleerfouten
fouten met verwijswoorden
incongruentie
dat/als constructie
foutieve samentrekking
foutief beknopte bijzin
onjuiste inversie
geen symmetrie

Slide 8 - Tekstslide

verwijswoorden
dat of wat?
hij of zij/ze?
zijn of haar?

Slide 9 - Tekstslide

incongruentie
de persoonsvorm en het onderwerp in de zin hebben niet hetzelfde getal:enkelvoud-meervoud
voorbeeld:
De president vindt dat de media heel vaak leugens over hem verspreidt.
moet zijn 'verspreiden' want media is meervoud

Slide 10 - Tekstslide

dat/als constructie
*Als ervaringsdeskundige weet ik heel goed dat als je een feestje organiseert , je wilt weten wie er allemaal komt.

Als ervaringsdeskundige weet ik heel goed, dat je wilt weten wie er allemaal komt, als je een feestje organiseert.

Slide 11 - Tekstslide

even oefenen
per vraag twintig seconden de tijd om te antwoorden

Slide 12 - Tekstslide

Goed of fout?
De leerlingen werden gevraagd anderhalve meter afstand te bewaren.
A
goed
B
fout

Slide 13 - Quizvraag

Goed of fout? Deze coalitie doet de komende jaren zijn grootste investering in onderwijs, zodat ieder kind weer extra kansen krijgt.
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quizvraag

Goed of fout?
Door de kwaliteit van het water geregeld te controleren krijgen bij de oesterteelt ziektes geen kans.
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quizvraag

Goed of fout?
Ondanks wekenlang gestudeerd te hebben, waren de resultaten voor economie van de meeste leerlingen niet al te best.
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quizvraag

Goed of fout?
Komende nacht is er vrijwel geen bewolking en uitzonderlijk hoge minimum temperaturen.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quizvraag

Goed of fout?
De aantrekkende economie zorgt voor toenemende industriële bedrijvigheid, maar levert nog niet in alle sectoren nieuwe werkgelegenheid op.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quizvraag

Goed of fout?
Echter kunnen wij geen garantie geven op gebruikte producten.
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quizvraag

Goed of fout?
Als de regering de juiste beslissing maakt, heft ze de avondklok op.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quizvraag

Goed of fout?De geniale wetenschapper werd als winnaar van de Nobelprijs wereldberoemd en werd een eredoctoraat aangeboden aan de universiteit van Cambridge.
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quizvraag

Goed of fout?
De uitgeverij gaf dit kalenderjaar heel veel boeken uit en gaf daarom alle werknemers een flinke kerstgratificatie.
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quizvraag

meer oefenen?
Nieuw Nederlands formuleren/aantrekkelijk formuleren
antwoordenbestand staat op SOM

Slide 23 - Tekstslide

vragen?
Aan de slag met je eigen materiaal.

Slide 24 - Tekstslide