H6.3 B2HV Spiegelbeelden

  • Je schrift 
  • Pen en potlood
  • Liniaal/geodriehoek 
Pak alvast:
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

  • Je schrift 
  • Pen en potlood
  • Liniaal/geodriehoek 
Pak alvast:

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les doen?
  1. Herhaling: kern- en halfschaduw tekenen
  2. Uitleg: H6.3 Spiegelbeelden
  3. Proef 2 - Spiegelbeelden bekijken
  4. Proef 3 - De spiegelwet
  5. Maak: opdracht 1 t/m 13

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt bepalen in welk gebied zich de halfschaduw en de kernschaduw bevinden.
Kernschaduw en halfschaduw
  • Als een voorwerp door één kleine lamp wordt verlicht, krijg je een duidelijk schaduwbeeld. 
  • Als een voorwerp door twee lampjes wordt verlicht, ontstaan er twee schaduwbeelden.
  • Op de plaats waar die beelden over elkaar heen vallen, is de schaduw het donkerst. 
  • Dit noem je de kernschaduw. Het licht van de twee lampjes kan hier niet komen.
  • Links en rechts van de kernschaduw zie je een lichtere halfschaduw. Hier kan het licht van het ene lampje wel komen, maar dat van het andere lampje niet. 
Herhaling

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt bepalen in welk gebied zich de halfschaduw en de kernschaduw bevinden.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt bepalen in welk gebied zich de halfschaduw en de kernschaduw bevinden.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt uitleggen wat een spiegelbeeld is
Spiegels
Hoe werkt een spiegel? 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt uitleggen wat een spiegelbeeld is
Spiegels
Hoe werkt een spiegel? 
  • Een spiegel bestaat uit een glasplaat, waartegen een dun laagje aluminium of zilver is aangebracht. 
  • Doordat het metaaloppervlak heel glad én vlak is, is de terugkaatsing spiegelend: het licht wordt gericht teruggekaatst (dus niet alle kanten op zoals bij diffuse terugkaatsing)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt uitleggen wat een spiegelbeeld is
Spiegelbeelden
  • In een spiegel zie je een levensecht beeld van je eigen wereld. 
  • Het spiegelbeeld heeft zelfs diepte: het lijkt echt achter de spiegel te liggen. Het spiegelbeeld is verder weg dan de spiegel.  
  • Tekst zie je bijvoorbeeld 'andersom' geschreven. 
  • Je ziet de tekst dan in spiegelschrift.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt de spiegelwet beschrijven
De Spiegelwet ∠i = ∠t

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt de spiegelwet beschrijven & je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De Spiegelwet ∠i = ∠t
---------------------------
  • Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, teken je een lijn die loodrecht op de spiegel staat: de normaal





normaal

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt de spiegelwet beschrijven & je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De Spiegelwet ∠i = ∠t
---------------------------
normaal
  • Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, teken je een lijn die loodrecht op de spiegel staat: de normaal
  • De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval (∠i)





∠i

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt de spiegelwet beschrijven & je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De Spiegelwet ∠i = ∠t
  • Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, teken je een lijn die loodrecht op de spiegel staat: de normaal
  • De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval (∠i)
  • De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal heet de hoek van terugkaatsing (∠t).





∠i
normaal
---------------------------
∠t

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt de spiegelwet beschrijven & je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De Spiegelwet ∠i = ∠t
  • Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, teken je een lijn die loodrecht op de spiegel staat: de normaal
  • De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval (∠i)
  • De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal heet de hoek van terugkaatsing (∠t).





∠i
normaal
---------------------------
∠t
hoek van inval ∠i = hoek van terugkaatsing ∠t
∠i = ∠t
Deze regel wordt de spiegelwet genoemd



Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt de spiegelwet beschrijven & je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De Spiegelwet ∠i = ∠t
  • Op de plaats waar de lichtstraal de spiegel raakt, is een lijn getekend die loodrecht op de spiegel staat: de normaal
  • De hoek tussen de invallende lichtstraal en de normaal heet de hoek van inval (∠i)
  • De hoek tussen de teruggekaatste lichtstraal en de normaal heet de hoek van terugkaatsing (∠t).





Bij terugkaatsing door een vlakke spiegel geldt altijd:
 
hoek van inval ∠i = hoek van terugkaatsing ∠t
∠i = ∠t
Deze regel wordt de spiegelwet genoemd



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De teruggekaatste lichtstraal tekenen

  1. Leg je geodriehoek neer zoals in de tekening.
  2. Teken de normaal. De normaal staat altijd loodrecht op het vlak van inval (de spiegel).
  3. Lees de grootte van de hoek van inval af.
  4. Leg je geodriehoek nu langs de andere kant van de normaal.
  5. Geef de hoek van terugkaatsing aan.
  6. Teken de teruggekaatste lichtstraal.

Slide 16 - Tekstslide

Geef oefenopdrachten 

Je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De teruggekaatste lichtstraal tekenen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De teruggekaatste lichtstraal tekenen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt het spiegelbeeld tekenen van een voorwerp
Het spiegelbeeld tekenen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt met de spiegelwet verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan 
Het spiegelbeeld tekenen
  1. Kies een willekeurig punt L van het voorwerp.
  2. Leg je geodriehoek neer zoals in de tekening.
  3. Teken het beeldpunt B zo dat beven ver achter de spiegel ligt als L ervoor. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt met de spiegelwet verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan 
Het spiegelbeeld tekenen
  1. Kies een willekeurig punt L van het voorwerp.
  2. Leg je geodriehoek neer zoals in de tekening.
  3. Teken het beeldpunt B zo dat beven ver achter de spiegel ligt als L ervoor. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt met de spiegelwet verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan 
Spiegelbeelden en de spiegelwet
Teken het spiegelbeeld:
• van het topje van zijn hoofd (L1) en noem dit B1;
• van zijn rechteroog (L2) en noem dit B2;
• van het puntje van zijn neus (L3) en noem dit B3;
• van zijn kin (L4) en noem dit B4;
• van de achterkant van zijn hoofd (L5) en noem dit B5;
• van de kraag (L6) en noem dit B6.

Schets daarna het spiegelbeeld van zijn complete gezicht.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt met de spiegelwet verklaren hoe spiegelbeelden ontstaan 
Spiegelbeelden en de spiegelwet

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De teruggekaatste lichtstraal tekenen (manier 2) 

  1. Teken eerst het beeldpunt van L (punt B)
  2. Trek een lijn vanuit B (lijn l), eerst gestippeld achter de spiegel, daarna doorgetrokken voor de spiegel
  3. Het doorgetrokken gedeelte voor de spiegel is de teruggekaatste lichtstraal

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De teruggekaatste lichtstraal tekenen (manier 2) 

  1. Teken eerst het beeldpunt van L (punt B).
  2. Trek een lijn vanuit B (lijn l), eerst gestippeld achter de spiegel, daarna doorgetrokken voor de spiegel.
  3. Het doorgetrokken gedeelte voor de spiegel is de teruggekaatste lichtstraal.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt op 2 manieren een teruggekaatste lichtstraal tekenen
De teruggekaatste lichtstraal tekenen (manier 2) 

  1. Teken eerst het beeldpunt van L (punt B).
  2. Trek een lijn vanuit B (lijn l), eerst gestippeld achter de spiegel, daarna doorgetrokken voor de spiegel.
  3. Het doorgetrokken gedeelte voor de spiegel is de teruggekaatste lichtstraal.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt het gezichtsveld van een spiegel bepalen
 Het gezichtsveld bij spiegels
Het gezichtsveld van een spiegel is het gebied dat je via de spiegel kunt zien. 
Dit gebied wordt begrensd door de lichtstralen die nog net via de spiegel bij de ogen van de bestuurder terechtkomen.
Je kunt met behulp van de spiegelwet bepalen hoe deze lichtstralen lopen:
  1. Teken een normaal op elk uiteinde van de spiegel.
  2. Teken de twee teruggekaatste lichtstralen naar het oog.
  3. Teken nu de twee invallende lichtstralen met behulp van de spiegelwet. Tussen deze twee lichtstralen ligt het gezichtsveld.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Wat gaan we deze les doen?
  1. Uitleg: H6.2 Spiegelbeelden
  2. Proef 2 - Spiegelbeelden bekijken
  3. Proef 3 - De spiegelwet
  4. Maak: opdracht 1 t/m 13

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Slide 31 - Tekstslide

Doel: het effect van licht van één kleur laten zien.
Nodig: een natriumlamp, vellen gekleurd papier. (Via de gemeente kun je waarschijnlijk wel aan een natriumlamp voor straatverlichting komen.)
Uitvoering: Zet de lamp op tijd aan (het duurt even voordat hij het gewenste felle gele licht geeft.) Verduister het lokaal. Doe het gewone licht uit als de lamp goed brandt. Laat de leerlingen raden welke kleur de vellen papier hebben. Doe nu het licht aan (natriumlamp laten branden) en laat ze zien wat de werkelijke kleur is.
Doe het licht weer uit. Laat een leerling met een veelkleurige trui of iets dergelijks bij de lamp komen staan. Bespreek met de leerlingen welk effect de lamp heeft.
N.B. Een natriumlamp geeft, behalve de bekende Na-lijn met een golflengte van 589 nm, ook nog zwak licht met andere golflengten. Dit komt doordat de lamp ook startgassen bevat.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies