vragen maken

Hoe maak je een vraag?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoe maak je een vraag?

Slide 1 - Tekstslide

volgorde
* eerst de persoonsvorm (het werkwoord)
* dan het onderwerp (het subject)

Dit noem je INVERSIE

Slide 2 - Tekstslide

VOORBEELDEN
Ze loopt naar school    > Loopt ze naar school?
De hond rent naar de boom. > Rent de hond naar de boom?
De oude man zit op een bank in het park > Zit de oude man op een bank in het park?

Slide 3 - Tekstslide

Selima en Abdusalam zijn broer en zus.

Slide 4 - Open vraag

De school begint vandaag om 10 uur.

Slide 5 - Open vraag

De boeken liggen op de tafel.

Slide 6 - Open vraag

Hij eet elke dag drie hamburgers bij MacDonald.

Slide 7 - Open vraag

Huiswerk maken is heel leuk.

Slide 8 - Open vraag

Veel fietsers rijden snel over het fietspad.

Slide 9 - Open vraag

Je broer is morgen jarig.

Slide 10 - Open vraag

Hij schrijft een mooie brief aan zijn moeder.

Slide 11 - Open vraag

Waarom (je-gaan-op de fiets-naar huis)

Slide 12 - Open vraag

Wanneer (zij - gaan - op vakantie - naar Italië)

Slide 13 - Open vraag

Wat (jullie - graag - eten - voor het ontbijt)

Slide 14 - Open vraag

Welke (tekening - zijn - het mooist)

Slide 15 - Open vraag


Slide 16 - Open vraag