Comva Rapporteren

COMVA periode 3 les 3

1 / 17

Slide 1: Tekstslide

Comva, wijkgerichtMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Lesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

COMVA periode 3 les 3

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud

Lesdoelen van de periode

Thema van de les

Lesdoelen

Woordenschriftwoorden

Basisboek thema 4.6 en 4.7 en 7.1 en7.3

Slide 2 - Tekstslide

Thema van de les

Rapporteren

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen

De student kan drie manieren waarop je informatie uit een observatie kan verwerken benoemen.
De student kan de noodzaak benoemen van het vastleggen van informatie
De student kan de invloed van de Wet bescherming persoonsgegevens bij het De student kan drie manieren waarop je informatie uit een observatie kan verwerken benoemen.
De student kan de noodzaak benoemen van het vastleggen van informatie
De student kan uitleggen wat rapporteren en wat het doel daarvan is.
De student kan uitleggen wat intern en extern rapporteren is

Slide 4 - Tekstslide

Woordenschriftwoorden

Turven

Slide 5 - Tekstslide

Geef de definitie van turven?

Slide 6 - Open vraag

Het verwerken van informatie

is gegevens verwerken door middel van een verslag

je kruist aan in een observatieschema hoe vaak bepaald gedrag voort komt.

BB thema 4.6

beschijven

Tellen/ turven

Slide 7 - Tekstslide

Vastleggen van informatie

BB thema 4.7

rapporteren

Algemene verordening gegevensbescherming

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Welke stellingen zijn waar?

Voor een video-opname van een klant heb je toestemming nodig?

De klant heeft altijd recht op inzage in zijn dossier.

Iedereen mag in het dossier van de klant.

AVG staat voor Algemene vorming gegevensbescherming.

Slide 10 - Quizvraag

Casus rapportage

‘Vanavond zijn we met de groep uit eten geweest bij een Italiaans restaurant in de Kerkstraat. Sandra wilde niet mee, waarom weet ik niet, waarschijnlijk wilde ze weer liever voor de tv hangen. Alle anderen waren wel mee. Het eten was lekker en iedereen was in een goede stemming. Robert heeft twee voorgerechten, een hoofdgerecht en twee nagerechten gegeten. Toen we terug waren, was Robert misselijk en is hij vroeg naar bed gegaan. Met de anderen hebben we nog een film gekeken. Ook daar was Sandra weer niet bij.’