1D Taalverzorging: bijvoeglijk naamwoord H5

Nederlands
H5 Taalverzorging grammatica
Je leert over bijvoeglijke naamwoorden.

Blz. 132
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
H5 Taalverzorging grammatica
Je leert over bijvoeglijke naamwoorden.

Blz. 132

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het zelfstandige naamwoord.

De man koopt een lekker ijsje.
A
De
B
Man
C
Lekker
D
IJsje

Slide 2 - Quizvraag

Wat is het zelfstandige naamwoord.

We gaan naar het restaurant.
A
We
B
Gaan
C
Restaurant
D
Het

Slide 3 - Quizvraag

Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord vertelt iets over het zelfstandige naamwoord. 
Het kan er voor staan:
Het lekkere ijsje, de mooie man, het aardige kind, de wollen trui.

Het kan er ook achter staan:
Het ijsje is lekker, de man is mooi, de trui is warm, het kind is stom.

Slide 4 - Tekstslide

Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord heeft vaak een lange en een korte vorm:
kort - korte, goedkoop - goedkope, mooi - mooie, duur - dure.

Daarnaast kun je vaak de trappen van vergelijking gebruiken bij een bijvoeglijk naamwoord:
Kort, korter, korst. Duur, duurder, duurst. Gaaf, gaver, gaafst.

Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het materiaal. 
Een zilveren lepel, een gouden ketting, een houten kom.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

We namen een duik in het koude water.
A
We
B
Water
C
Koude
D
Duik

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

De bestelling wordt gratis bezorgd door PostNL.
A
Gratis
B
Bestelling
C
PostNL
D
Bezorgd

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Mijn opa en oma luisteren naar Nederlandstalige muziek.

Slide 8 - Open vraag

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

We gooiden de natte handdoeken in de was.

Slide 9 - Open vraag

Aan de slag.
We starten met opdracht 3 samen te doen. 

Daarna maak je zelf de opdrachten van taalverzorging. 

Huiswerk voor volgende week. 

Slide 10 - Tekstslide