Armoede

Armoede 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Armoede 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel
Aan het einde van deze les:
- Heb je zicht op factoren die invloed hebben op armoede
- Heb je voorbeelden van armoede gezien en gehoord 
- Heb je aan de hand van casuïstiek keuzes gemaakt
- Ben je er van bewust hoe moeilijk het is om uit de armoede te komen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is armoede?
Armoede is het gebrek aan de basisbehoeften die nodig zijn om een menswaardig leven te leiden.

Het inkomen dat iemand minimaal nodig heeft om te kunnen leven, dus voor een huis, eten en kleding. = bestaansminimum

Slide 3 - Tekstslide

Definieer armoede en leg uit waarom het belangrijk is om over dit onderwerp te praten.
Armoede in Nederland
In Nederland leven meer dan 1 miljoen mensen onder de armoedegrens. Dit betekent dat ze moeite hebben om rond te komen en bijvoorbeeld geen geld hebben voor voldoende voeding, kleding en huisvesting.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit dat armoede ook in Nederland een probleem is en bespreek hoe dit zich manifesteert.
inkomens in NL
grote verschillen binnen Nederland 

grote steden en het noorden hebben het laagste inkomen 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het sociale minimum ?
echtpaar  €2069.30
alleenstaand  €1473,56
alleenstaande jonger dan 20 € 1137,53

Slide 7 - Tekstslide

Definieer armoede en leg uit waarom het belangrijk is om over dit onderwerp te praten.
Absolute armoede:
Absolute armoede is een zaak van leven en dood. Absolute armoede houdt in dat je te weinig geld, voedsel en kleding hebt om van te leven, maar eigenlijk te veel hebt om dood te gaan. Dit is leven op het bestaansminimum. Absolute armoede vind je vooral in ontwikkelingslanden.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Relatieve armoede:
Van relatieve armoede is sprake bij een ongelijke verdeling van inkomens. Je bent niet absoluut arm, maar je hebt wel minder dan iemand anders. Je buurman heeft bijvoorbeeld twee auto's en jij alleen een fiets; je buurman gaat op vakantie naar Thailand en jij moet thuisblijven omdat je voor een vakantie geen geld hebt.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke factoren hebben volgens jou invloed op armoede?

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Factoren van invloed op armoede
 
De grootte van een gezin kan bijvoorbeeld invloed hebben op armoede.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De overheid doet genoeg om armoede te bestrijden.
Eens, er zijn genoeg voorzieningen.
Eens, maar er kunnen altijd verbeteringen worden aangebracht.
Oneens, er moet meer geld beschikbaar worden gesteld.
Oneens, er moet een totaal ander systeem komen.
Andere mening

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Armoede is vooral een persoonlijk probleem en verantwoordelijkheid.
Eens, mensen moeten meer eigen verantwoordelijkheid nemen.
Eens, hulp vanuit de overheid moet een uitzondering zijn.
Oneens, armoede is vaak het gevolg van omstandigheden buiten de persoon om.
Oneens, armoede is een structureel maatschappelijk probleem.
Andere mening

Slide 14 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

risico's 
kansenongelijkheid 

sociale uitsluiting 

eenzaamheid 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kansenongelijkheid 
Je hebt niet dezelfde mogelijkheden als anderen omdat er minder geld te besteden is 


Kunnen jullie voorbeelden noemen? 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sociale uitsluiting
je kan niet de dingen doen die anderen doen en daarom kun je buitengesloten worden 


Kunnen jullie voorbeelden noemen? 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

eenzaamheid
Als je aan minder dingen mee kan doen dan ben je vaker alleen en kun je eenzaam worden


Kunnen jullie voorbeelden noemen? 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welke doet de overheid?
  • invloed op minimumlonen
  • uitkeringen
  • belastingregelingen (kostendelersnorm) 
  • toeslagen (zorg, huur, kinderopvang) 
  • schuldhulpverlening

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

gezin: vader, moeder, kind van 14, kind van 11 , kind van 9

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebeurtenis 1 
Door een reorganisatie of ontslag verliest één of meerdere van je gezinsleden zijn/haar baan. 
Welke aspecten hebben invloed op jouw situatie?

Slide 21 - Tekstslide

Noodgedwongen moet je op zoek naar nieuwe baan, er komen minder inkomsten. Onzekerheid.
Gebeurtenis 2
Eén van de gezinsleden heeft een auto ongeluk gehad. De auto was niet all-risk verzekerd. De auto was total loss verklaard.
Wat voor invloed heeft dit op jouw gezin?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebeurtenis 3
Door de onzekerheden op de energiemarkt schieten de energiekosten omhoog, als gezin dien je het dubbele van je maandelijkse kosten te betalen. Waar ga je op bezuinigen?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebeurtenis 4
Je hebt de inkomsten belastingaangifte gedaan, je krijgt geld terug. Maar liefst € 3500,00 terug. Wat ga je met dit geld doen? Denk aan korte en lange termijn acties!

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebeurtenis 5
Eén van de gezinsleden heeft een nieuwe baan met meer loon alleen werkt wel in een "ploegensysteem" (onregelmatig). 
Wat voor invloed heeft dit op de verschillende aspecten?


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat als het mis gaat?
schulden; je kunt je vaste lasten niet meer betalen 

schuldsanering; de overheid betaalt schulden, je krijgt leefgeld

gedwongen verkoop van je huis 

uit je huurhuis gezet worden

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Daklozenwandeling
Een gids, met ervaring in het straatleven, verzorgt een stadswandeling door de ogen van dak- en thuislozen. Tijdens de daklozenroute wordt een beeld geschetst van hoe een stad is voor wie op straat leeft.

Verzamelen:
Donderdag 1 februari 9.15 uur
Adres: Zuidergrachtswal 15 
(dagopvang Wender) 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies