§3.1 De Stralingsbalans van de aarde deel 2

§3.1 Stralingsbalans deel 2
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§3.1 Stralingsbalans deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Terugblikken
  • Het broeikaseffect
  • Ruimtelijke verschillen in instraling
  • Aan de slag
  • Einde

Slide 2 - Tekstslide

De stralingsbalans is in een dynamisch evenwicht, wat wordt hier mee bedoeld?
A
Er gaat niet evenveel uit als in
B
Er gaat evenveel uit als in, maar niet op dezelfde plek
C
Er gaat evenveel uit als in, maar niet tegelijkertijd
D
Er gaat meer in dan dat er uitkomt, daarom warmt het op

Slide 3 - Quizvraag

Hoe zou de stralingsbalans van de aarde veranderen als er geen wolken zouden zijn?
A
De stralingsbalans wordt positief dus de temperatuur neemt toe
B
De stralingsbalans wordt negatief dus de temperatuur neemt af
C
Dit kun je niet halen uit de afbeelding

Slide 4 - Quizvraag

Kortgolvige straling is straling van
A
de zon
B
de aarde

Slide 5 - Quizvraag

Hoe wordt de atmosfeer verwarmd?
A
Van onderop door kortgolvige straling
B
Van onderop door langgolvige straling
C
Van bovenaf door langgolvige straling
D
Van bovenaf door kortgolvige straling

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het albedo effect?




A
Een warme zeestroming
B
Zonlicht dat weerkaatst wordt op het ijs
C
Een bergachtig gebied
D
Een hoeveelheid zonlicht op iets

Slide 7 - Quizvraag

De inkomende zonnestraling is:
A
kortgolvige straling
B
langgolvige straling

Slide 8 - Quizvraag

Uitleg

Slide 9 - Tekstslide

Stralingsbalans
''Ingrediënten'' = zon, albedo, broeikaseffect, latente energie

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Broeikaseffect
Broeikasgassen zijn essentieel, want zij kunnen de langgolvige straling absorberen

Kan je een aantal broeikasgassen noemen?

Slide 12 - Tekstslide

(versterkt) broeikaseffect
Broeikasgevaar

Slide 13 - Tekstslide

Het broeikaseffect
Broeikaseffect:
Het tegenhouden van warmtestraling door broeikasgassen.

Versterkt broeikaseffect:
De laag broeikasgassen wordt dikker, waardoor er meer warmte blijft hangen op aarde. 

Slide 14 - Tekstslide

Latente energie
  • Langgolvige straling die het aardoppervlak bereikt, zorgt ook voor de verdamping van water. Dit levert de waterdamp die bijdraagt aan het broeikaseffect en de wolken die bijdragen aan het albedo. De energie die het kost om water te verdampen wordt latente energie genoemd. Die energie komt weer vrij op het moment dat de waterdamp condenseert tot wolk.

Slide 15 - Tekstslide

Verdamping kost energie = latente energie
Verdamping
Langgolvige straling

Slide 16 - Tekstslide

Ruimtelijke verschillen in instraling

Slide 17 - Tekstslide

1. Breedteligging
Breedteligging = de afstand van een plaats tot de evenaar.  



Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Breedteligging

Slide 20 - Tekstslide

2. Albedo
Albedo = het weerkaatsend vermogen van de aarde

Slide 21 - Tekstslide

3. IJlere lucht in de bergen
Boven op de bergen is het kouder, dit komt omdat daar de lucht dunner is (ook wel ijler genoemd).

Er is minder lucht, daardoor is de luchtdruk lager en worden de luchtdeeltjes minder samengedrukt dan onderaan de berg. Hoe minder lucht wordt samengedrukt, hoe kouder het is.  

Slide 22 - Tekstslide

4. Aanwezigheid latente energie
Door verdamping water op zee, is het daardoor kouder, omdat er minder energie is om de lucht te verwarmen.

Slide 23 - Tekstslide

De samenstelling van de atmosfeer beïnvloedt de gemiddelde temperatuur op aarde
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Zonder het broeikaseffect zou het op aarde veel warmer zijn
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Grote temperatuurverschillen op aarde worden veroorzaakt door verschillen in breedteligging
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Wolken spelen geen rol in de stralingsbalans van de aarde
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

De zon zendt kortgolvige straling uit, het aardoppervlak langgolvige
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Aan de slag
Ga aan de slag met §3.1 opdrachten 1 t/m 6

Slide 29 - Tekstslide