3.6 & 3.7 Mens en landschap

3.6 & 3.7 Mens en landschap



H3 Klimaat en landschap
Domein: Aarde
Havo 4
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

3.6 & 3.7 Mens en landschap



H3 Klimaat en landschap
Domein: Aarde
Havo 4

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Ik kan voorbeelden geven van de manier waarop de acht geofactoren van een landschap een dynamisch systeem maken.
  • Ik kan aan de hand van de acht geofactoren beredeneren welke invloed klimaatverandering heeft op het landschap.
  • Ik kan uitleggen wat landdegradatie is en daar voorbeelden van geven.
  • Ik kan uitleggen hoe verschillende vormen van landdegradatie door menselijk handelen ontstaan.
  • Ik kan de  gevoeligheid van landschapszones voor specifieke vormen van landdegradatie met elkaar vergelijken.
  • Ik kan voor een specifiek gebied vormen van duurzaam landgebruik aanbevelen.





Slide 2 - Tekstslide

Landschap
Een landschap bestaat uit verschillende factoren die elkaar constant beïnvloeden. Het landschap is altijd aan het veranderen en is daardoor dus een dynamisch systeem.

Slide 3 - Tekstslide

Welke factoren beïnvloeden elkaar bij het bovenstaande landschap?

Slide 4 - Tekstslide

Geofactoren

Slide 5 - Tekstslide

Wat is geen gevolg van klimaatverandering?
A
Opwarming van de aarde
B
Versterkt broeikaseffect
C
Extremer weer
D
Zeespiegelstijging

Slide 6 - Quizvraag

Versterkt broeikaseffect

Slide 7 - Tekstslide

 Klimaatverandering vs. landschappen
Gematigde zone:
  • Stormen/wateroverlast in de herfst winter, in de zomer langere periodes van droogte (water).
  • Meer bodemerosie (ondergrond), nog gevoeliger voor overstromingen, hierdoor minder geschikt voor landbouw (mens).

Tropische-, aride- & subtropische zone:
  • Meer droogte (water) waardoor mogelijkheid voor landbouw en natuur afnemen (mens, plant en dier). Hierover later meer!

Slide 8 - Tekstslide

 Klimaatverandering vs. landschappen
Polaire- & boreale zone:
  • Smelt van zee-ijs, landijs en permafrost (water).
  • Grotere kans op verzakken bodem/sinkholes en schade infrastructuur (mens), maar ook zielige ijsberen (dier) en verandering vegetatie (plant).

Grenzen landschapzones:
  • Klimaatverandering zorgt voor verschuiving van de grenzen tussen landschapzones (vooral richting de polen)
  • Vb. uitbreiding aride zone ten koste van (sub)tropische zone.

Slide 9 - Tekstslide

Landdegradatie
  • Landdegradatie is de afname van de kwaliteit van de bodem of ondergrond door processen als versnelde bodemerosie en verzilting
  • Gevolg van landdegradatie is verwoestijning (komt veel voor in aride zone).

Slide 10 - Tekstslide

Versnelde bodemerosie
  • Wegspoelen of -waaien van bodemdeeltjes.
  • Oorzaak = gebrek aan vegetatie om de bodem vast te houden door bv.  ontbossing, braakliggende gronden of overbeweiding.
  • Gevolg = vruchtbare toplaag verdwijnt en grond is minder geschikt voor landbouw.

Slide 11 - Tekstslide

Verzilting
  • Toename van het zoutgehalte in of op een bodem.
  • Oorzaak = irrigatie in aride zones of tijdens droge periodes (water verdampt, zout blijft achter).
  • Gevolg = afname van de vruchtbaarheid van de bodem.

Slide 12 - Tekstslide

Welke gevolg heeft klimaatverandering op de hoeveelheid landdegradatie ter wereld?

Slide 13 - Open vraag

Welke duurzame manieneren om land te gebruiken kun je bedenken?

Slide 14 - Woordweb

Aan de slag!
Maak van 3.6 opdracht 5.
Maak van 3.7 opdracht 5.

Slide 15 - Tekstslide

Watskeburt hier?

Slide 16 - Tekstslide