Wie Wat waar
1 / 12
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
where
what
who
Wie
wat
waar
Slide 2 - Sleepvraag
_______ is je naam?
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 3 - Quizvraag
________ is je moeder?
Mijn moeder is thuis.
Mijn moeder is thuis.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 4 - Quizvraag
_______ is dat?
Dat is mijn broer Jack.
Dat is mijn broer Jack.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 5 - Quizvraag
_________ is dat?
Dat is een computer.
Dat is een computer.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 6 - Quizvraag
________ is de pen?
De pen is op de tafel.
De pen is op de tafel.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 7 - Quizvraag
_______ is dat?
Dat is mijn oma.
Dat is mijn oma.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 8 - Quizvraag
_________ is je zwager?
Mijn zwager is in Sint Maarten.
Mijn zwager is in Sint Maarten.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 9 - Quizvraag
_________ kom je vandaan?
Ik kom uit St. Eustatius.
Ik kom uit St. Eustatius.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 10 - Quizvraag
_________ hoor je?
Ik hoor een auto.
Ik hoor een auto.
A
wie
B
wat
C
waar
Slide 11 - Quizvraag
___________ zijn jullie?
Wij zijn op school.
Wij zijn op school.
A
wie
B
wat
C
waar
