Opwarmoefening
Voordat we de films gaan kijken, gaan we eerst onze fantasie even opwarmen!
Iedereen doet zijn of haar ogen dicht, behalve één iemand. Degene met ogen open gaat beschrijven, en iedereen met ogen dicht gaat fantaseren.
De docent begint met beschrijven. Geef iedereen iets om over te fantaseren, bijvoorbeeld:
- Hoe ziet je droomhuis er uit?
- Wat is je favoriete eten?
- Hoe ziet je favoriete plek eruit?
De rest moet aan de hand van de aanwijzingen fantaseren hoe dit er voor hen uit ziet! Stel steeds meer specifieke vragen, zodat iedereen een steeds preciezer plaatje in zijn of haar hoofd krijgt. Bespreek daarna van een paar leerlingen welk plaatje ze in hun hoofd hadden!
Als de leraar is geweest, mogen een paar leerlingen ook beschrijven, terwijl de rest fantaseert.
Praat de opdracht even na:
telkens als iemand iets beschrijft, zal je merken dat je zelf een plaatje in je hoofd maakt van wat diegene beschrijft!
- Is dit plaatje bij iedereen hetzelfde? (Nee, want iedereen heeft een eigen fantasie, en dus een eigen plaatje!)
- Kan je dit plaatje in je hoofd aan elkaar laten zien? (Nee, dat kan niet! Je kan het wel aan elkaar beschrijven, maar nooit echt laten zien)
Maar met film kan je wel dit plaatje laten zien! Film kan dus de echte wereld laten zien, die iedereen ziet. Maar film kan ook iemands fantasie laten zien!