,

DEF@ctO | VO2 | les 11 | deel 1 | luisteren

les 11 deel 1
VO 2
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsLuisteren+1Middelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Introductie

Doel: ik kan informatie uit een luisterfragment halen en hierover praten.

Instructies

Les in LessonUp
De lesstof van les 11 & 12 zijn onder andere gebaseerd op les 6 van Vlot Nederlands
De opdrachten gaan over ‘iets gaan doen in je vrije tijd’.

De les start met de opdracht om elkaar om de beurt gedurende 2x2 minuten te vertellen over iets wat ze graag doen in hun vrije tijd. De ander mag vragen stellen.

 Fabio en Iris.
• Eerst luisteren de leerlingen naar een audiofragment
• Vervolgens lezen ze de luistervragen en maken een aantekeningenblaadje klaar zodat ze gericht steekwoorden op kunnen schrijven terwijl ze luisteren.
• Dan luisteren ze nog een keer naar het audiofragment
• Ze beantwoorden de luistervragen
• Ze lezen de tekst van het audiofragment
• Ze beantwoorden de leesvragen. Dit doen ze mondeling. Geef eerst voldoende tijd om ieder voor zich de antwoorden voor te bereiden. Vervolgens klassikaal de vragen stellen. Je kan beurtstokjes gebruiken zodat iedereen alert blijft tijdens het antwoorden.

Er worden 3 uitdrukkingen met ‘de teen’ aangeleerd en in NUMO kan je uitdrukkingen met ‘voet’ laten oefenen:

De les wordt afgesloten met een luisteropdracht.

Instructies

Werkbladen

Onderdelen in deze les

les 11 deel 1
VO 2

Slide 1 - Tekstslide

Bezoek onze website:
Les 11 deel 1
 luisteren
Doel: ik kan informatie uit een luisterfragment halen en hierover praten.
Ik kan de tekst van een luisterfragment reconstrueren.

Slide 2 - Tekstslide

Bespreek de doelen van deze les.
Zeilen ..... het kan wel eens misgaan.

Slide 3 - Tekstslide

Kijk samen naar de video met zeil-bloopers.

Deze les gaat over 'iets gaan doen in je vrije tijd'.
Praat in tweetallen over iets dat jullie graag doen in je vrije tijd. Je mag elkaar vragen stellen. Ieder moet 2 minuten volpraten. Gebruik de timer. 
timer
2:00

Slide 4 - Tekstslide

Leerlingen praten 2 minuten over 'iets gaan doen in je vrije tijd'.
Je luistert één keer naar het luisterfragment.
Daarna lees je de luistervragen.
Dan luister je nog een keer naar het fragment en maak je aantekeningen terwijl je luistert.
Vervolgens beantwoord je de luistervragen.
Luisteren ...... wat gaan we doen?

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg hoe we in stappen het audiofragment gaan aanpakken.

Je kan de luistervragen mondeling in de klas laten beantwoorden. 
Je kan ze ook op de volgende dia's laten beantwoorden. 

Luister één keer naar de dialoog.
In deze tekst hoor een dialoog tussen twee mensen: Fabio en Iris. Iris neemt Fabio mee ergens naartoe. Waarheen? Dat is nog een verrassing voor Fabio.

Slide 6 - Tekstslide

De leerlingen luisteren zonder aantekeningen te maken. De volgende dia laat het luisterfragment nogmaals horen. Dan pas worden aantekeningen gemaakt.
Luistervragen
  
1 Wat gaan Iris en Fabio doen?
2 Heeft Fabio dit wel eens eerder gedaan?
3 Wat voor weer is het?
4 Hoe moet Fabio zichzelf beschermen tijdens het zeilen?
5 Wat betekent drijven?
6 Wat is een zwemvest?
Lees nu de luistervragen hieronder. Maak een aantekeningenblaadje klaar.
Vervolgens luister je nog een keer naar het fragment en beantwoord je de vragen op de volgende dia's.

Slide 7 - Tekstslide

Luistervragen. De leerlingen luisteren nog een keer naar het fragment. Ze maken aantekeningen. Voorafgaand laat je ze een aantekeningenblaadje klaarmaken om gericht steekwoorden op te schrijven tijdens het luisteren. 
De vragen komen hierna op de volgende dia's.


Antwoorden:
1 zeilen,
2 nee, nog nooit,
3 Het is goed weer. Het waait een beetje en het is zonnig,
4 Hij moet een zwemvest dragen.
5 aan het wateroppervlak blijven, niet zinken,
6 een mouwloos jasje met drijvers van piepschuim (schuimplastic).
De persoon die het zwemvest draagt, blijft drijven in het water.

bron: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019). p. 73


 Wat gaan Iris en Fabio doen?
A
zeilen
B
fietsen
C
koffie drinken

Slide 8 - Quizvraag

Antwoord: A zeilen

 Heeft Fabio dit wel eens eerder gedaan?
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag

Antwoord: B nee

 Wat voor weer is het?

Slide 10 - Open vraag

Antwoord: het is goed weer. Het waait een beetje en het is zonnig, 

 Hoe moet Fabio zichzelf beschermen tijdens het zeilen?

Slide 11 - Open vraag

Antwoord:  hij moet een zwemvest dragen. 

 Wat betekent drijven?

Slide 12 - Open vraag

Antwoord:  aan het wateroppervlak blijven, niet zinken.

 Wat is een zwemvest?

Slide 13 - Open vraag

Antwoord:  een mouwloos jasje met drijvers van piepschuim (schuimplastic).
De persoon die het zwemvest draagt, blijft drijven in het water.

1 Iris en Fabio komen aan in een jachthaven. Omschrijf de betekenis van dat woord.
2 Ze gaan varen op een zeilboot. Welke andere soorten boten ken je?
3 De oudste zus van Iris heeft haar leren zeilen. Heb je zelf broers of zussen?
Zo ja, heeft een broer of zus jou weleens iets speciaals geleerd?
4 Heb jij weleens gezeild? Zo ja, hoe vind je het om te zeilen? Zo nee, zou je het
willen proberen? Waarom wel/niet?
Kan je nu ook de vragen hieronder beantwoorden?
Je mag de tekst gebruiken.  

Slide 14 - Tekstslide

Eerst ieder voor zich - daarna klassikaal met beurtstokjes

1 jachthaven = een haven voor plezierboten,
2 Bijvoorbeeld: binnenvaartschip, roeiboot, veerboot, pont, kano, passagiersschip, katamaran, vissersboot

bron: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019). p. 74 

van top tot teen 
De bakker is helemaal wit. Hij zit van top tot teen onder het meel.

lange tenen hebben 
Als je iets tegen hem zegt, denkt hij direct dat het kritiek is. Hij heeft lange tenen.

met kromme tenen 
Wat een slecht televisieprogramma! Ik zit er met kromme tenen naar te kijken!
Uitdrukkingen .................... teen

Slide 15 - Tekstslide

Leer de uitdrukkingen met 'teen'.
Ken jij de uitdrukkingen nog? (deel 1)

Slide 16 - Tekstslide

Herhaling uitdrukkingen uit eerdere lessen.
wordwall


Hoeveel uitdrukkingen had je gevonden?
09

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan je doen op de Waddeneilanden?
Bron: https://youtu.be/IAzMybPpyXE; Merk Fryslan

Slide 18 - Tekstslide

Kijk samen naar de video over de waddeneilanden
waddeneilanden

Slide 19 - Woordweb

1 Vertel dat ze naar een korte tekst over de Waddeneilanden gaan luisteren. Vraag de leerlingen of ze de Nederlandse Waddeneilanden kennen. Schrijf de namen van de eilanden op het bord (zie tekst). Leg uit dat we deze eilanden ook wel de ‘TV tas-eilanden’ noemen. Waarom?


Jullie luisteren twee keer naar een korte tekst. 
De eerste keer mogen jullie alleen maar luisteren, de tweede keer mogen jullie ook aantekeningen maken. 

Daarna probeer je om in tweetallen samen de tekst te reconstrueren. Eén persoon schrijft. De tekst moet inhoudelijk en grammaticaal kloppen, maar hoeft geen exacte kopie te zijn.
tussendoortje ..............

Slide 20 - Tekstslide

Als iedereen klaar is deel je een kopie van de tekst uit (zie bijlage) - leerlingen kijken hun tekst na.
Variatie: 1 leerling luistert en vertelt zo exact mogelijk het verhaal aan leerling 2. leerling 2 schrijft op wat hij heeft gehoord.
Ken jij de uitdrukkingen nog? (deel 2)

Slide 21 - Tekstslide

Oefen met de uitdrukkingen die in eerdere lessen zijn aangeboden.
Wordwall


Hoeveel uitdrukkingen had je gevonden?
09

Slide 22 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Maak de weektaak 

Slide 23 - Tekstslide

De leerlingen maken zelfstandig de oefeningen in NUMO.
De inhoud van de weektaak is terug te vinden op het lesblad bij deze les.

Meer oefenen en herhalen?
Bestel hier 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot de volgende keer
bronnen:
naar: ‘Vlot Nederlands’ van Fros van der Maden (Edutekst 2018/2019).   




Slide 25 - Tekstslide

Bezoek onze website: