4.1 De opkomst van steden

H4 De tijd van steden en staten
4.1 De opkomst van steden
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H4 De tijd van steden en staten
4.1 De opkomst van steden

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerkend aspect:
De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je wat ambachtslieden zijn en wat die met de opkomst van steden te maken hebben.

Aan het einde van de les weet je hoe de verbetering in de landbouw voor verstedelijking zorgde.

Slide 3 - Tekstslide

De middeleeuwse stad
Rond 1000 ontstonden er in West-Europa veel nieuwe steden, voornamelijk op geografisch gunstige plekken, 
zoals ...? 

Slide 4 - Tekstslide

tussen 1000 en 1300 verdubbelde de Europese bevolking zich!

Slide 5 - Tekstslide

Landbouwverbeteringen
1
2

Slide 6 - Tekstslide

Belangrijke landbouwverbetering: Drieslagstelsel

Slide 7 - Tekstslide

Dus...
  • Door landbouwverbeteringen (Drieslagstelsel ) ontstonden er voedseloverschotten 
  • Overschotten werden verkocht op de markt --> leidt tot handel
  • Specialisatie: er ontstonden ambachten (landbouwoverschot)
  • Handelaren en ambachtslieden gingen wonen rond de markt --> ontstaan steden

Slide 8 - Tekstslide

gevolgen toename handel
  1. groei nieuwe steden
  2. ontwikkeling geldeconomie > geldwisselaars en banken
  3. ontstaan van handel over grote afstanden in luxekoopwaar ( o.a. zijde, specerijen met Midden-Oosten)
  4. samenwerkingsverbanden zoals de Hanze (12e - 17e eeuw)

Slide 9 - Tekstslide

Kaart waarop alle Hanze-steden te zien zijn. De steden van de Hanze lagen vooral in Duitsland. Hier in Nederland waren onder andere de IJsselsteden Kampen en Deventer lid van de Hanze. 

Handelaren van Hanzesteden hadden allerlei voordeeltjes als ze handelden in elkaars steden. Ze betaalden bijvoorbeeld minder tol en belasting. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Reizen was voor handelaren gevaarlijk.
Hoe kwam dat?
A
ze hadden veel geld bij zich
B
ze hadden dure koopwaar
C
Onderweg kon van alles gebeuren (storm, ziekte, piraten, overvallers)
D
eigenlijk is alles wel goed

Slide 12 - Quizvraag

oplossing?
A
geld naar de bank brengen
B
geld goed verstoppen

Slide 13 - Quizvraag

Geld naar de bank

Slide 14 - Tekstslide

Er kwamen wisselbrieven

Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten 4.1 
Op zoek naar de kern: 2, 3, 4, 7
Historisch denken: 1, 3, 4

Slide 16 - Tekstslide