Paragraaf 2.4 Nederland: delfstoffen in Nederland

Hoofdstuk 2: Schatkist Aarde

Paragraaf 2.4 Wereld: Delfstoffen in Nederland

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2: Schatkist Aarde

Paragraaf 2.4 Wereld: Delfstoffen in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je weet welke delfstoffen in Nederland gewonnen worden

Je begrijpt waarom Nederland delfstoffen heeft

Je kunt met bodemdoorsneden aangeven war aardolie, aardgas en aardolie in de Nederlandse ondergrond voorkomen

Slide 2 - Tekstslide

Precambrium
De eerste periode is het Precambrium:
  • De continenten verschijnen
  • De aarde bevroor meerdere malen
  • Er was allleen leven onder water
  • Aan het einde ontstonden de eerste levensvormen op het aardoppervlak

Paleozoïcum
De tweede periode is het Paleozoïcum.
  • continenten bewegen naar elkaar toe
  • supercontinent Pangea is gevormd
  • Tijdperk van de trilobieten: Trilobieten worden gekenmerkt door een lichaam dat zowel in de lengte- als in de breedte in drie stukken is gedeeld
Mesozoïcum
De derde periode is het Mesozoïcum:
  • planten en dieren veranderen
  • tijdperk van de dinosauriërs en ammonieten: Ammonieten behoren met hun opgerolde schelp tot de fraaiste fossielen. Het zijn de resten van een uitgestorven groep inktvissen
  • Pangea valt uit elkaar en huidige continenten ontstaan

Kenozoïcum
  • Tijdperk van de zoogdieren - langzoom ontstonden het leven zoals we dat nu kennen, met aan het einde de mens: 300.000 jaar geleden
  • uitsterven van dinosauriërs - 65 miljoen jaar geleden
  • leven zoals wij dat nu kennen ontstaat (met aan het einde de mens)

Slide 3 - Tekstslide

Noem een
energiebron

Slide 4 - Woordweb


Wat is het verschil tussen fossiele energiebronnen en hernieuwbare energiebronnen

Slide 5 - Open vraag

Weten:
- Fossiele energiebron:
Energiebron die ontstaan is uit resten van planten of dieren na verloop van miljoenen jaren. Deze kan uiteindelijk opraken. 
- Hernieuwbare  (duurzame) energiebron: 
Energiebron die niet kan opraken. Voorbeelden: zon, water en wind. 
- Kernenergie ?

Slide 6 - Tekstslide

Fossiele energiebronnen
(bijv. aardolie / aardgas )
Hernieuwbare energiebronnen
(bijv. windenergie)

Slide 7 - Tekstslide

En hoe zit het met Nederland?
> Gebruikt voornamelijk aardgas (fossiel)
> Slechts een klein deel is opgewekt door hernieuwbare bronnen. (6,6%)
> Vroeger steenkool
(mijnen Zuid-Limburg)

Slide 8 - Tekstslide

Stelling 1: De steenkoolmijnen in Limburg zijn gesloten omdat steenkoolwinnen te duur werd.
Stelling 2: De steenkoolmijnen in Limburg zijn gesloten, omdat steenkoolwinnen niet goed voor het milieu is.
A
Stelling 1 en 2 zijn juist.
B
Stelling 1 is juist. Stelling 2 is niet juist.
C
Stelling 1 is niet juist. Stelling 2 is juist.
D
Stelling 1 en 2 zijn onjuist.

Slide 9 - Quizvraag

Sluiting mijnen in Limburg
3 Redenen:
- de winning van steenkool is te duur
- Steenkool is te vervuilend
- Aardgas gevonden in Groningen 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kan in Groningen dan aardgas in de bodem zitten?
Antwoord, zie volgende filmpje:

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

Ontstaan en bewaard?
Moedergesteente:  het gesteente waarin aardgas en aardolie , onder hoge druk zijn ontstaat.
 

Reservoirgesteente: poreuze gesteente waarin aardgas en aardolie zit opgeslagen en van waaruit het gewonnen wordt.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Leerdoelen
Je weet welke delfstoffen in Nederland gewonnen worden

Je begrijpt waarom Nederland delfstoffen heeft

Je kunt met bodemdoorsneden aangeven war aardolie, aardgas en aardolie in de Nederlandse ondergrond voorkomen

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag met par 2.4
Lees de paragraaf 2.3: Delfstoffen in soorten en maten.
Maak alle opdrachten of maak een samenvatting en de verkorte leerroute; opdrachten:1-3-4-6
Heb je vaardigheden ( werkboek blz. 6 en 7 ) al gemaakt?
Nakijken en verbeteren!
Voorbereiden op het proefwerk H1, paragraaf 1 t/m 4 en H2, paragraaf 3 en 4 en de vaardigheden grafieken.
Klaar? Bekijk ook eens de 2 volgende video's.


Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Samenvatting §2.4
Maak een samenvatting in je schrift adhv van de onderstaande punten:
 - Wat wordt bedoeld met delfstoffen in de diepte.
- Geef 4 voorbeelden van delfstoffen in de diepte
- Wat is een moedergesteente.
- Wat is een reservoirgesteente.
- Wat is de functie van ondoordringbaar gesteente bij de winning van delfstoffen?
- Wat wordt bedoeld met delfstoffen aan de oppervlakte.
- Geef 4 voorbeelden van delfstoffen aan de oppervlakte + het tijdvak waarin ze in NL zijn ontstaan.
- Hoe is kalksteen ontstaan?
- Hoe is zand en grind en klei in Nederland terechtgekomen?

Slide 31 - Tekstslide

 Oefenen met H2, paragraaf 2.3 en 2.4.

- Maak de samenvattingsopdrachten op blz. 46 en 47 van je werkboek.
- Of maak de oefentoets van H2, paragraaf 2.3 en 2.4 in de online methode.

Slide 32 - Tekstslide