4DO Prépositions pays et villes

Prépositions pays et villes
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Prépositions pays et villes

Slide 1 - Tekstslide

naar/in

Slide 2 - Tekstslide

Voor steden
Bij steden gebruik je altijd het voorzetsel: à

Je vais à Paris. = Ik ga naar Parijs.
Je suis à Paris. = Ik ben in Parijs.

Nous habitons à Bruxelles.
Tu vas à Lille?
Voorzetsel: à

Slide 3 - Tekstslide

Voor vrouwelijke landen + continenten
Bijna alle landen die eindigen op -e, zijn vrouwelijk.
Uitzonderingen: le Mexique, le Mozambique, le Combodge, le Zimbabwe -> au Mexique, au Mozambique, au Cambodge, au Zimbabwe

Tu vas en Belgique?
Je suis en France avec ma famille.
Vous allez en Egypte?




Voorzetsel: en

Slide 4 - Tekstslide

Voor mannelijke landen
Bijna alle landen die niet eindigen op een -e zijn mannelijk. 

Ma famille habite au Maroc.
Mon frère fait ses études au Japon.
Au Canada, on parle francais. 


Voorzetsel: au

Slide 5 - Tekstslide

Voor landen in het meervoud
Bij de landen die eindigen op een -s, gebruik je het voorzetsel: aux

Nous allons aux Etats-Unis = Wij gaan naar Amerika.
J'habite aux Pays-bas = ik woon in Nederland.
J'étais aux Seychelles l'été dernière = Ik was op de Seychellen de afgelopen zomer.
Voorzetsel: aux

Slide 6 - Tekstslide

uit/van

Slide 7 - Tekstslide

Voor steden
Bij steden gebruik je altijd het voorzetsel: de.

Je viens de Paris. = Ik kom van Parijs.
Je suis originaire de Bruxelles. 
Voorzetsel: de

Slide 8 - Tekstslide

Voor vrouwelijke landen + continenten
Bij vrouwelijke landen en continenten gebruik je altijd het voorzetsel: de.

Je suis de Belgique. 
Je viens d'Europe




Voorzetsel: de

Slide 9 - Tekstslide

Voor mannelijke landen
Bijna alle landen die niet eindigen op een -e zijn mannelijk. 

Moi, je viens du Japon. 


Voorzetsel: du

Slide 10 - Tekstslide

Voor landen in het meervoud
Bij de landen die eindigen op een -s, gebruik je het voorzetsel: des.

Je viens des Etats-Unis. 
Voorzetsel: des

Slide 11 - Tekstslide

Nora habite.........Italie.
A
en
B
au
C
à
D
aux

Slide 12 - Quizvraag

Je vais en vacances ........ Senegal.
A
en
B
au
C
à
D
aux

Slide 13 - Quizvraag

On va ....... Etats-Unis.
A
à
B
en
C
au
D
aux

Slide 14 - Quizvraag

Tu habites......Londres?
A
en
B
au
C
à
D
aux

Slide 15 - Quizvraag

Frankrijk
Spanje
Verenigde Staten
Nederland
België
Turkije
la Turquie
Les Etats-Unis
la France
la Belgique
l'Espagne
les Pays-Bas

Slide 16 - Sleepvraag

Vrouwelijk
(eindigt op een -e)
Meervoud
(eindigt op -s of -x)
Mannelijk
(eindigt op iets anders dan -s, -x of -e)
la Tunisie
le Portugal
l'Angleterre
les Etats-Unis
l'Allemagne
les Pays-Bas
le Danemark
le Maroc

Slide 17 - Sleepvraag

Je suis (in) _____ Allemagne.
A
au
B
aux
C
en
D
à

Slide 18 - Quizvraag

Je vais (naar) _____ Rotterdam.
A
au
B
aux
C
en
D
à

Slide 19 - Quizvraag

Je suis (in) _____ Suède.
A
au
B
aux
C
en
D
à

Slide 20 - Quizvraag

Je vais (naar) _____ Maroc.
A
au
B
aux
C
en
D
à

Slide 21 - Quizvraag

Je vais (naar) _____ Londres.
A
au
B
aux
C
en
D
à

Slide 22 - Quizvraag

Elle est (van) ________ Belgique.
A
de
B
du
C
de la
D
des

Slide 23 - Quizvraag

Elle est (van) ________ Danemark.
A
de
B
du
C
de la
D
des

Slide 24 - Quizvraag

Je suis originaire (van) _____ Etats-Unis.
A
de
B
du
C
de la
D
des

Slide 25 - Quizvraag