In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Nederlands
week 21 - leesvaardigheid hoofdstuk 5
Slide 1 - Tekstslide
Vorige les
Heb je geleerd dat een schrijver met zijn tekst een doel heeft
Heb je geleerd dat er 4 tekstdoelen zijn: amuseren, informeren, overtuigen en activeren (op de volgende pagina vind je een overzicht)
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Vergeet niet de tekstverbanden en signaalwoorden
blz. 102 in je boek
chronologisch
vroeger, later, .....
opsommend
bovendien, ook.......
tegenstellend
maar, toch,.......
toelichtend
bijvoorbeeld, zo ....
Slide 4 - Tekstslide
Je maakt nu de opdrachten
Lees goed wat je moet doen
Sla geen enkele opdracht over
Succes!
Slide 5 - Tekstslide
Je krijgt nu telkens stukjes tekst (die samen een hele tekst vormen).
De vragen over dat stukje tekst komen meteen daarna.
Shoppen tussen het afval
[1] In Amsterdam is tijdelijk – ter gelegenheid van SAIL – een bijzondere supermarkt te vinden. De schappen zijn netjes gevuld, maar van dichtbij maken de producten een wat verfomfaaide indruk. Dat is ook niet zo gek, want alle producten zijn uit het Amsterdamse IJ gevist. Welkom in de Plastic Soupermarket!
Slide 6 - Tekstslide
Sleepvraag: Sleep de juiste tekstsoort naar het juiste tekstdoel
Amuseren
informeren
Overtuigen
activeren
Slide 7 - Sleepvraag
Wat is het onderwerp van de tekst?
Slide 8 - Open vraag
Sleepvraag: Sleep de juiste betekenis (in het geel) naar het juiste woord
Schap
verfomfaaide
primeur
op het
eerste
gezicht
project
recycling
duurzaam
alternatief
plank
rommelige
eerste
keer
bij de
eerste
blik
plan,
idee
hergebruik
geschikt
om
lang te
bestaan
andere
mogelijkheid
Slide 9 - Sleepvraag
Waarom heet de tijdelijke supermarkt "Plastic Soupermarket"? (zie alinea 1 die je net gelezen hebt)
Slide 10 - Open vraag
[2]
De Plastic Soupermarket ziet er op het eerste gezicht uit als alle andere buurtwinkels, vol strakke schappen met aantrekkelijke kleuren en verleidende teksten als ‘New!’ en ‘Top Deal!’ Maar wie dichterbij komt, ziet dat de producten al aan hun tweede leven begonnen zijn. Vrijwilligers van de Plastic Soup Foundation en Stichting Noordzee hebben de troep uit het water geschept en schoongemaakt. Daarna hebben Lou McCurdy en Chloë Hanks van het Britse kunstenaarsduo Dirty Beach alles van etiketten voorzien en de winkel ingericht met schappen van Ekoplaza. In 2013 maakte Dirty Beach de eerste supermarkt van strandafval in Groot-Brittannië. De kunstenaars zijn nog nooit met hun idee de Noordzee overgestoken: Nederland heeft nu de primeur.
Slide 11 - Tekstslide
Welke 3 tekstverbanden herken je in alinea twee? Schrijf ze op en schrijf erachter aan welke signaalwoorden je ze herkent.
Slide 12 - Open vraag
"[...] dat de producten al aan hun tweede leven begonnen zijn (alinea 2). Wat bedoelt de schrijver met 'hun tweede leven".
Slide 13 - Open vraag
[3]
‘De verpakkingen lijken erg op de spullen die je normaal in de supermarkt vindt’, vertelt McCurdy.‘We hebben alles op categorie gesorteerd: blikjes energiedrank, fruitdrankjes in plastic flesjes, schoonmaakproducten, wegwerpbekers, plastic zakken … We hebben ook snoeppotten vol drugsafval, die hebben we Sea Weed genoemd. Zo krijgen mensen een goed idee wat voor spullen er met onze rivieren meestromen en in de oceaan terechtkomen. Het is een project om mensen op een leuke manier bewust en betrokken te maken.’
Slide 14 - Tekstslide
Waarom hebben Lou McCurdy en Chloë Hanks de Plastic Soupermarket gemaakt?(al.3)
Slide 15 - Open vraag
[4]
Is de troep in Nederland anders dan die in Groot-Brittannië? McCurdy loopt naar een schap vol Capri-Sunachtige drinkzakjes. ‘Deze hebben wij ook wel, maar niet zo veel.’ Ze wijst naar rechts. ‘De fietszadels!’ Haar blik dwaalt verder. ‘En ik heb nog nooit zulke gigantische zakken chips gezien. Het lijkt alsof er kleinere zakjes in kunnen – dus nog meer plastic. Weet je, zelfs als je op het meest afgelegen eiland ter wereld bent, kun je nog een supermarkt als deze vullen. Overal is plastic.’
Slide 16 - Tekstslide
Welke troep hebben ze wel in Nederland maar niet in Groot-Brittannië? (al.4)
A
Capri - Sunachtige zakjes
B
zakjes chips
C
fietszadels
D
klompen
Slide 17 - Quizvraag
[5]
Hoe brengen we daar volgens McCurdy verandering in? ‘Dit is vooral plastic dat één keer gebruikt is. Daar zouden we mee kunnen stoppen. Recycling is niet het antwoord, dus we moeten minder gebruiken en vaker plastic weigeren.’
Slide 18 - Tekstslide
'Hoe brengen we daar volgens McCurdy verandering in?' (al. 5) Wat is het antwoord op deze vraag?
Slide 19 - Open vraag
[6]
Aan het eind van onze rondgang door de winkel komen we bij de kassa. De producten uit de schappen zijn niet te koop, maar bij de balie worden wel duurzame alternatieven aangeboden, zoals herbruikbare waterflesjes en tandenborstels van bamboe. Je krijgt er alleen geen plastic tasje bij …
Slide 20 - Tekstslide
Waarom is alinea 6 geen goede slotalinea? Leg uit.
Slide 21 - Open vraag
Wat is het allerbelangrijkste doel van deze (hele) tekst?
A
amuseren
B
informeren
C
overtuigen
D
activeren
Slide 22 - Quizvraag
Je hebt nu:
Alle opdrachten gemaakt
Geleerd dat er vier tekstdoelen zijn (amuseren, informeren, overtuigen en activeren)
Geleerd dat bij elk tekstdoel een tekstsoort hoort