KRIN 2021 Leerdoelen verwerken

H1
1.Ik kan uitleggen wat oorzaken en gevolgen zijn.
3. Ik kan twee oorzaken opnoemen die er zijn voor het oprichting van de VOC in 1602.
4. Ik kan vier tactieken opnoemen hoe de VOC zijn monopolie wist te handhaven.
5. Ik kan uitleggen wie Jan Pieterszoon Coen was.
6. Ik kan drie oorzaken opnoemen die er zijn voor het faillisement van de VOC in 1799.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides en 14 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

H1
1.Ik kan uitleggen wat oorzaken en gevolgen zijn.
3. Ik kan twee oorzaken opnoemen die er zijn voor het oprichting van de VOC in 1602.
4. Ik kan vier tactieken opnoemen hoe de VOC zijn monopolie wist te handhaven.
5. Ik kan uitleggen wie Jan Pieterszoon Coen was.
6. Ik kan drie oorzaken opnoemen die er zijn voor het faillisement van de VOC in 1799.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

H2
  1.  Ik kan uitleggen hoe het komt dat de financiële situatie van 1800 tot 1830 in Nederlands-Indië slecht was aan de hand van twee voorbeelden. 
  2. Ik kan uitleggen wat het cultuurstelsel inhield aan de hand van de volgende zaken: 1/5 deel, plantloon, cultuurprocenten en batig slot. 
  3.  Ik kan  gevolgen van het cultuurstelsel opnoemen voor Nederland en voor Indie.
  4. Ik kan uitleggen op welke manier Nederlands-Indië bestuurd werd door uit te leggen wat een duaal bestuursstelsel inhoudt.
  5. Ik kan uitleggen en opnoemen welke twee vormen van kritiek er waren op het cultuurstelsel en wie kritiek hadden op dit stelsel. 
 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

H3
  1. Ik kan uitleggen wat het liberalisme inhoud
  2. Ik kan uitleggen in welke drie stappen het cultuurstelsel is afgeschaft in 1870.
  3. Ik kan drie gevolgen opnoemen die het afschaffen van het cultuurstelsel had.
  4. Ik kan twee grote ontwikkelingen noemen die na 1870 in en rondom NL-Indië plaatsvonden.
  5. Ik kan uitleggen hoe de Nederlanders de situatie in Nederlands-Indië probeerde te verbeteren. Gebruik hierbij het begrip Ethische politiek
6.  Ik kan een gevolg opnoemen van de ethische politiek. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

H4
  1. Ik kan uitleggen hoe het nationalisme zich voor WOII uitbreidde voor in Nederlands-Indië.
2. Ik kan drie gevolgen noemen van de Japanse bezetting.
3. Ik kan uitleggen hoe het nationalisme zich uitbreidde tijdens WOII in Ned-Ind.
4. Ik kan uitleggen wie Soekarno was.
5. Ik kan uitleggen wat de situatie was in Nederlands-Indië vlak na WOII.
6. Ik kan de vier afspraken benoemen van het akkoord van Linggadjati.
7. Ik kan uitleggen op welke manier Nederland de macht probeerde terug te krijgen in NL-Indië.
8. Ik kan uitleggen hoe de onafhankelijkheid van Nederlands-Indië op 27 december 1949 tot stand is gekomen. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Ik kan: 
uitleggen waarom de volgende personen belangrijk zijn voor de geschiedenis van de koloniale relatie Indonesie - Nederland:
Jan Pieterszoon Coen 
Max Havelaar
Van den Bosch
Soekarno 
Hatta

Slide 18 - Tekstslide

Ik kan uitleggen: 
wat er op deze jaartallen gebeurde in de geschiedenis van de koloniale relatie Indonesie - Nederland:
1602-  1799             1830                     1870
1901                            1918                     17 augustus 1945
1947                            1948                   27 december 1949

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Oefentoets 
Je gaat de oefentoets maken. Je mag je boek erbij gebruiken.
Formuleer hele zinnen - geen 'ze'  gebruiken - Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt
Herhaal de vraag zo mogelijk. 
Je hebt 50 minuten 
Nakijken op IT's 
timer
1:00

Slide 21 - Tekstslide