Vragers en Aanbieders: vraaglijnen

Hamsteren!
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hamsteren!

Slide 1 - Tekstslide

Van alle tijden en overal...

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Welke factoren beïnvloeden de vraag naar een product? Noem er minimaal drie.

Slide 4 - Open vraag

Veranderingen in de vraag

1) als de prijs verandert

2) als iets anders dan de prijs verandert

Slide 5 - Tekstslide

1) Verschuiven over/langs de lijn
De prijs verandert.
De prijs staat in de figuur op de y-as.
Dus lees je af langs de lijn.

Slide 6 - Tekstslide

2) Verschuiven van de lijn
De prijs verandert niet.
Bij elke prijs is er een andere vraag.
Dus verschuift de lijn.

Onthoud: 
verandert iets anders dan P,
dan verschuift de lijn.

Slide 7 - Tekstslide

2) Verschuiven van de lijn
Hier bij elke prijs meer vraag, door
bijvoorbeeld:
- meer inwoners
- voorkeuren veranderen (reclame, 
   'influencers', smaak, mode)
- meer inkomen
- prijsstijging andere merken / 
substitutiegoederen
- prijsdaling complementaire goederen

Slide 8 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een complementair goed voor airpods.

Slide 9 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een substitutiegoed voor airpods.

Slide 10 - Open vraag

2) Verschuiven van de lijn
Hier bij elke prijs meer vraag
P1: vraag gaat van q1 naar q2
P2: vraag gaat van q3 naar q4
enzovoorts. 

De vraaglijn verschuift evenwijdig.

Slide 11 - Tekstslide

Van individueel naar collectief

De vraag van één persoon (hoeveel broodjes wil jij bij elke prijs in de kantine) = individueel

opgeteld bij de vraag van alle andere individuen
= de collectieve vraag

Slide 12 - Tekstslide

Collectieve vraaglijn
Maak nu opgave 3.34 (2 min).
Hierna vraag ik je mogelijk om een foto van je lesbrief te delen.

Slide 13 - Tekstslide

Gekozen leerling:
Maak een foto van je uitwerking van 3.2

Slide 14 - Open vraag

De collectieve vraag wordt door dezelfde factoren
bepaald als de individuele vraag.

Bij de collectieve vraag komt er nog een factor bij. Welke?

Slide 15 - Open vraag

Wat gebeurt er met de collectieve vraaglijn
als het aantal kopers daalt?
A
Er vindt een verschuiving over de vraaglijn plaats
B
De vraaglijn verschuift naar links
C
De vraaglijn verschuift naar rechts

Slide 16 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de collectieve vraaglijn
als het aantal kopers daalt?
Licht het antwoord (verschuiving naar links) toe.

Slide 17 - Open vraag


Wat gebeurt hier?
A
Het aantal vragers neemt toe en daarom ook de afzet.
B
Het inkomen neemt toe en daarom ook de afzet.
C
Easyblue wordt populairder en daarom stijgt de afzet.
D
De prijs daalt en daarom stijgt de afzet.

Slide 18 - Quizvraag


Wat gebeurt hier?
A
Het consumentensurplus neemt toe.
B
Het consumentensurplus neemt af.
C
Het consumentensurplus blijft gelijk.
D
Ik weet nog niet wat consumentensurplus is.

Slide 19 - Quizvraag

Waarom verandert de vraag naar Pepsi Cola?
A
Het inkomen stijgt.
B
Het aantal vragers stijgt.
C
Pepsi-Cola wordt goedkoper.
D
Coca-Cola wordt duurder.

Slide 20 - Quizvraag

Wat gebeurt er bij hamsteren?
A
De vraaglijn verschuift naar rechts en er ontstaat een (zeer tijdelijk) vraagoverschot
B
De vraaglijn verschuift naar links en er ontstaat een (zeer tijdelijk) vraagoverschot
C
De vraaglijn verschuift naar links en er ontstaat een (zeer tijdelijk) aanbodoverschot
D
De vraaglijn verschuift naar rechts en er ontstaat een (zeer tijdelijk) aanbodoverschot

Slide 21 - Quizvraag

Extra uitleg?
Bekijk de volgende video.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Nog meer uitleg?
Bekijk de volgende video.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video