Geschiedenis Vastenavend

• Geschiedenis
• Basisschool
• Groep 5

Vastenavend 

Vastenavend

- Door germanen offers uitgebracht aan Wodan. 

- 11 november een vuur gestookt om geesten te verjagen. 

- St.Martinus (romeinse soldaat) kwam bedelaar tegen, kreeg medelijden en sneed zijn mantel in tweeën. 

- d'n elluft gaf hij aan de bedelaar, kon verwarmen. 

- St.Martinus werd 11/11 begraven.

Wat hebben wij overgenomen? 

• Er wordt bij aanvang van de 11-11 viering aardappelloof verbrand in de Martinusschouw van hotel de Draak.

• De boeren van stichting vastenavend lopen met lantaarns (aangestoken met vuur uit de martinusschouw) naar hun vergaderlokaal.

• In het vergaderlokaal maken ze er een gezellig samenzijn van met eten en drinken.

De naam vastenavend? 

Fastel-avond; lente feest in Duitsland 

Vasten-avond: de avond voor het vasten, dinsdagavond 

Aswoensdag: dag dat het vasten begint. 

Het Krabbegat 

- Einde van de 19e eeuw 

- Krab als symbool; BOZ lag aan de Oosterschelde 

- Krab; eigenzinnig, dwarslopen; eigenschappen Bergenaar. 

De prins

- Aanvoerder van de leut

- Heerser van het krabbegat 

- Van het Neuzebal tot de ''Ofavend'' nog geen pak, maar boerenkiel

- Achterop boerenkiel, gouden visnet om krabben te vangen

- Vastenavendbals bezoeken

- Agge mar leut et 

- Een gouden krab, olifantenhaar

- Sleutel overhandigen door burgemeester, sleutel van de stad  

- Zuidwester met veer, Schippers 

De nar

- Verantwoordelijk voor vermaak 

- Maakt veel grappen 

- Gaat tegen regels in 

- Verlengde ezelsoren 

-Narrenstok, trapleuning 

- Draagt alles op z'n kop, zotheid 

Grootste boer

- Afspraken met verenigingen

- Begeleidt prins en zijn gevolg

- Burgemeester  

- Het bontje, staat chique 

-Paraplu, wortel; wie chagrijnig is kan beter weggaan

Spruitjes: komst van de lente 

-Koffer, 11 gebooje 

Steketee 

- Politieagent 

- Maakt de weg vrij 

- Op een leutige manier

- Sabel; teken van gezag

- Medailles; moedig en dapper 

Sinds wanneer bestaat het Krabbegat?

1. sinds de 19e eeuw
2. sinds de 17e eeuw
3. sinds de 18e eeuw
4. sinds dit jaar

Wie was het baasje van de geit?

1. Heks Wana
2. Mie d'n os
3. Had geen baasje
4. Steketee

Aan wie brachten de germanen offers uit?

1. Aan de burgemeester
2. Aan de geesten
3. Aan wodan
4. Aan heks wana

Wat was er met de geit?

1. Die had geen baasje
2. Miste een poot
3. Miste een uier
4. Kon niet lopen

Waar woont de prins?

1. Het Markiezenhof
2. De Gevangene poort
3. De Stoelemat
4. Het Slikpaleis

Hoe wordt de vastenavend afgesloten?

1. Zevensprong
2. Vallen van de kraai
3. Kanonsschoten
4. Rokende fakkels

Wat draagt de peperbus?

1. Een jurk
2. Kaplaarzen
3. Een boerenkiel
4. Een bontjas

Wat draagt de nar op zijn hoofd?

1. Een hoedje
2. Een heksenhoed
3. Een lampenkap
4. Ezelsoren

Wat is het volkslied van Bergen op Zoom?

1. D'r gaat niks bove Berrege
2. Ei lekkere dweil oe ist
3. Merck toch hoe sterck
4. Wie de leut et, et de toekomst

De nar

De prins

Steketee

De grootste boer

Wat is het leukste
dat je hebt geleerd?