In deze les zitten 34 slides, met tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Uitwerking oefening 8.6 t/m 8.17
Slide 1 - Tekstslide
Afleveren, gebruiken en bezitten vals reisdocument
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 2 - Tekstslide
Artikel 231 WvSR
Jip en Janneketaal.
Reisdoc of ID bewijs afleveren of voorhanden hebben terwijl je redelijkerwijs moet vermoeden dat het vals of vervalst is. Dat document opzettelijk en wederrechtelijk gebruiken
voorbeelden
Slide 3 - Tekstslide
Schennis van de Eerbaarheid
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 4 - Tekstslide
Artikel 239 WvSR
Jip en Janneke taal
Schennis van de eerbaarheid, op een openbaar plaats waar jongere onder 16 jaar kunnen komen. op een niet openbare plaats als een ander daar aanstoot aan geeft.
Voorbeelden.
Slide 5 - Tekstslide
Belediging Ambtenaar in functie
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 6 - Tekstslide
Artikel 266 WvSR belediging Art 267 WvSR Belediging Amb
Jip en Janneke
opzettelijk belediging anders dan Smaad of smaadschrift, in het openbaar mondeling of bij geschrift of afbeelding. Aangedaan aan een Ambtenaar tijdens de rechtmatige uitoefening van zijn bediening
Voorbeelden
Slide 7 - Tekstslide
Bedreiging met een misdrijf
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 8 - Tekstslide
Art 285 WvSR
Jip En Janneke
Bedreigen met lichamelijke integriteit, openlijk geweld tegen personen, verkrachting, aanranding van de eerbaarheid, misdrijf tegen het leven, gijzeling, zware mishandeling en bandstichting.
Voorbeelden
Slide 9 - Tekstslide
Mishandeling Ambtenaar in functie
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 10 - Tekstslide
Mishandeling Ambtenaar in functie
Artikel 300 WvSR Mishadeling Art 304 WvSr Mishandeling Ambt
Jip en Janneke
Opzettelijk pijn en/of letsel veroorzaken aan een ander. Ambtenaar is de rechtmatige uitoefening van zijn bediening.
Voorbeelden
Slide 11 - Tekstslide
Is een poging mishandeling strafbaar?
Slide 12 - Tekstslide
Een poging mishandeling is niet strafbaar. de wetgever zegt dat je jezelf makkelijk kan verweren bij een poging.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Vernieling
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 15 - Tekstslide
Vernieling
Art 350 WvSR
Jip en Janneke
Opzettelijk en wederrechtelijk, enig goed (of dier), geheel of ten dele aan een ander. vernielen, beschadigen, onbruikbaar maken, of wegmaken.
Voorbeelden
Slide 16 - Tekstslide
Vernieling Nutsvoorziening
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 17 - Tekstslide
Vernieling Nutsvoorziening
Artikel 351 WvSR
Jip en Janneke
Spoorweg, elektriciteitswerken, werken voor telecommunicatie, werken voor waterkering, gas, waterleiding of riolering. Werken voor het algemeen NUT. Werken voor de landsverdediging, opzettelijk, vernielen beschadigen, onbruikbaar maken, onklaar maken of wegmaken.
Voorbeelden
Slide 18 - Tekstslide
Vernieling gebouw, vaartuig, booreiland of luchtvaartuig.
Welk artikelnummer van het Wetboek van strafrecht hoort bij dit feit.
Leg in Jip en Janneke taal uit wat het feit inhoudt
Wat zijn de bestandsdelen van dit feit?
Geef per feit 2 goede voorbeelden.
Slide 19 - Tekstslide
Vernieling gebouw, vaartuig, booreiland of luchtvaartuig.
Artikel 352 WvSR
Jip en Janneke
Opzettelijk en wederrechtelijk, enig gebouw, vaartuig of lading, installatie ter zee of luchtvaartuig. geheel of ten dele aan een ander toebehoort vernielen, beschadigen, onbruikbaar maken of onklaar maken.
Voorbeelden
Slide 20 - Tekstslide
Wat is • Opzetheling en schuldheling?
Slide 21 - Tekstslide
Opzetheling
Opzetheling is een goed verwerven (kopen krijgen) voorhanden heeft of overdraagt terwijl je wist dat dit goed door een misdrijf s verkregen
Slide 22 - Tekstslide
Schuldheling
Schuldheling is een goed verwerven (kopen krijgen) Voorhanden heeft of overdraagt terwijl je redelijkerwijs had moeten weten dat het goed door een misdrijf verkregen zou kunnen zijn.
Slide 23 - Tekstslide
Wat is een doorlopend Delict
Slide 24 - Tekstslide
Heling in de vorm van voorhanden hebben is een voortdurend delict. Dat wil zeggen dat wanneer het feit ontdekt wordt, terwijl de dader het goed (nog ) voorhanden heeft, er altijd sprake is van ontdekking op heterdaad.
Slide 25 - Tekstslide
Beperkte en volledige opsporingsbevoegdheid?
Wat is het verschil?
Slide 26 - Tekstslide
Er zijn strafbare feiten dat in verband met de onafhankelijkheid niet de bedoeling is dat de BOA hier zelfstandig het opsporingsonderzoek doet. Dit is bij deze feiten alleen weggelegd voor de politie. Zoals:
Omkoping, Ambstdwang, Wederspannigheid, Bedreiging en mishandeling van een Ambtenaar.
Slide 27 - Tekstslide
Onder welke omstandigheid is er sprake van schennis van de eerbaarheid?
1. Een stripper eindigt haar act in een nachtclub door enkele seconden geheel ongekleed op het podium te staan.
2. Een man urineert in een winkelcentrum zichtbaar voor het winkelend publiek in één van de daar staande plantenbakken.
3. Na een korfbalwedstrijd stappen de jongens en meiden in de gezamenlijke kleedkamer met elkaar onder de douche.
Slide 28 - Tekstslide
alleen bij 2
Slide 29 - Tekstslide
Een vakantieganger parkeert zijn voertuig op een parkeerplaats achter de duinen. Uit veiligheidsoverweging laat hij al zijn kleren in de auto achter en vertrekt met alleen de autosleutel aan een polsbandje over een wandelpad door de duinen naar het 500 m verderop gelegen naaktstrand. Is hier sprake van schennis van de eerbaarheid? Motiveer je antwoord..
Slide 30 - Tekstslide
Ja, de parkeerplaats en het wandelpad zijn voor het openbaar verkeer bestemd.
Slide 31 - Tekstslide
U houdt als handhaver Mark staande omdat hij een leeg blikje op straat gooit. U vraagt aan Mark inzage in een geldig identiteitsbewijs. Mark toont u een paspoort, maar u ziet dat met de foto is geknoeid. U ziet dat de originele foto is vervangen door die van Mark. Waarvoor is Mark nu strafbaar? Motiveer je antwoord..