Als het goed is, weet je aan het eind van deze les:
- wat we onder bijvoeglijke naamwoorden verstaan;
- wat de functie is van het bijvoeglijk naamwoord;
- wat de eigenschappen van het bijvoeglijke naamwoord zijn.
Slide 2 - Tekstslide
Vraagje...
- Welke tweedeling is er te maken in de lidwoorden?
- Wat is een zelfstandig naamwoord ook alweer?
Slide 3 - Tekstslide
Opdracht
Haal de lidwoorden en zelfstandige naamwoorden uit de volgende zinnen. Geef bij de zelfstandige naamwoorden aan of het concrete of abstracte zelfstandige naamwoorden zijn.
Slide 4 - Tekstslide
- Parkeren aan een gracht in Delft kan tot gevaarlijke situaties leiden.
- Zoals vele mensen wel weten, zit een ongelukje in een klein hoekje.
- Het kan zomaar gebeuren dat je een van je voeten net over de rand van de kade neerzet, waardoor je in het ijskoude water valt.
- Je zal niet de eerste zijn die op deze manier een nat pak haalt.
- Normaal gesproken vinden zulke ongelukken minstens een keer in het jaar plaats.
- Gelukkig zijn er meestal wel sympathieke omstanders die het niet erg vinden om de ongelukkigen te helpen.
timer
5:00
Slide 5 - Tekstslide
- Parkeren aan eengracht in Delft kan tot gevaarlijke situaties leiden.
- Zoals vele mensen wel weten, zit eenongelukje in een klein hoekje.
- Het kan zomaar gebeuren dat je een van je voeten net over derand van dekade neerzet, waardoor je in het ijskoude water valt.
- Je zal niet deeerste zijn die op deze maniereen nat pak haalt.
- Normaal gesproken vinden zulke ongelukken minstens een keer in hetjaar plaats.
- Gelukkig zijn er meestal wel sympathieke omstanders die het niet erg vinden om deongelukkigen te helpen.
Slide 6 - Tekstslide
Voorlezen
Ik lees een stukje voor uit 'Jongleren'.
Slide 7 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over (een eigenschap van) het zelfstandig naamwoord. Vaak staat het tussen een lidwoord en een zelfstandig naamwoord in, maar het kan ook achter het zelfstandig naamwoord staan.
Een bijzondere vorm hiervan is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord, dat aangeeft van welk materiaal iets is gemaakt.
Slide 8 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord staat meestal tussen het lidwoord en het zelfstandig naamwoord in, maar het kan ook achter het zelfstandig naamwoord staan.
Het bijvoeglijk naamwoord heeft vaak een onverbogen (korte) en verbogen (lange) vorm en je kunt het in de trappen van vergelijking zetten. (denk aan de schrijfopdracht)
Ook voltooide en onvoltooide deelwoorden kunnen als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt.
Slide 9 - Tekstslide
Let op!
Een bijvoeglijk naamwoord zegt altijd iets over een zelfstandig naamwoord.
Bijvoeglijke naamwoorden kunnen ook zelfstandig gebruikt worden. Je noemt dan een eigenschap, maar bedoelt dan de persoon of het ding dat die eigenschap heeft.
Slide 10 - Tekstslide
Aan de slag
Werk nu in alle rust aan opdracht 5 tot en met 8 op pagina 29.