Kapitel 7 praktische opdracht.

Plattegrond maken!
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Plattegrond maken!

Slide 1 - Tekstslide

DOEL:
  • Je kent de  Duitse woorden die te maken hebben met een huis en meubels en kunt deze toepassen in een plattegrond van je eigen huis.

Slide 2 - Tekstslide

Voorbereiding:
Beantwoord de volgende vragen aan de hand van de film:

Slide 3 - Tekstslide

Beantwoord de volgende vragen:
  1.  Wie wohnen die Deutschen?
  2.   Was ist den Deutschen bei der Einrichtung wichtig?
  3. Was erfahrt ihr über den Wohnungsmarkt in München?

Slide 4 - Tekstslide

1..’Containerhuizen’: Waarom kopen rijkere mensen deze woonvorm ook?
 

2. ‘Boomwoningen’: Wat had de vader van die ene architect in zijn testament geschreven?

3. ‘Kartonnen huizen’: Wat voor extra voordeel heeft het ‘Wickelhaus’ als je het bouwt?

4.Het ‘algenhuis’: Wat is het grote voordeel van bouwen met algen in de woningwanden?

5. De ‘dobbelsteenwoning’:
> Noem een voor- en nadelen van deze huizenvorm.
> Waarom willen de studenten toch niet verhuizen?





Slide 5 - Tekstslide

Opdracht :Maak een beschrijving van je eigen woning/kamer:
1.  Je tekent een plattegrond van de keuken, de woonkamer, de tuin en je eigen slaapkamer. In deze kamers teken je de meubels en andere zaken die er
                   staan / hangen. Elk meubel / voorwerp krijgt een nummer.

Slide 6 - Tekstslide

2. Als je klaar bent, schrijf je onder elke plattegrond de nummers op EN daarbij het Duitse
                   woord (met lidwoord) op. (Woorden die NIET in de woordenlijst staan, zoek je op internet op)
3.Aantal woorden: Per ruimte zoek en schrijf je minimaal 10 Duitse woorden op (met het juiste lidwoord!). 
4. Bij de tuin zijn 8 Duitse woorden voldoende.

2. Als je klaar bent, schrijf je onder/achter elke plattegrond de nummers op EN daarbij het Duitse woord (met lidwoord) op. 
(Woorden die NIET in de woordenlijst staan, zoek je op internet/ woordenboek op)

3. Aantal woorden: Per ruimte zoek en schrijf je minimaal 10 Duitse woorden op (met het juiste lidwoord!).

4. Bij de tuin zijn 8 Duitse woorden voldoende.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Materiaal
  • Gebruik de woorden van de woordenlijst op blz. 60 EN de zinnen op blz. 50/51.
  • Papier/potlood/kleurtjes

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld:
1: das Bett
2: der Schrank
3: der Schreibtisch
4: der Fernseher
5: das Radio
6: der Spiegel
7: der Stuhl
8: der Teppich
9: das Gemälde
10: die Lampe

Slide 10 - Tekstslide

Puntjes op de i;
  • Beoordeling: Goed - voldoende - onvoldoende
  • Tijd: 2 lessen; dinsdag 7 november en vrijdag 10 november.
  • Inleveren:De plattegrond moet worden ingeleverd met naam erop!
  • De opdracht moet dinsdag  3 december aan het begin van het lesuur  ingeleverd worden.

Slide 11 - Tekstslide

Puntjes op de i;
  • Beoordeling: Goed - voldoende - onvoldoende
  • Tijd: 2 lessen; woensdag 26 oktober en dinsdag 1 november.
  • Inleveren:De opdracht moet worden ingeleverd via TEAMS - opdrachten. 
  • De opdracht moet vrijdag 4 november voor 00.00 uur ingelverd zijn in teams.

Slide 12 - Tekstslide

Viel Spass!

Slide 13 - Tekstslide