In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Periode 1: leesvaardigheid
Tekstverklaren
Slide 1 - Tekstslide
Teksten... er zijn er ontzettend veel. Wat voor soorten teksten zijn er?
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Tekstslide
Stappenplan
Ga eerst verkennend/oriënterend lezen.
Scan de tekst en kijk naar de titel, tussenkopjes, afbeeldingen, de bron.
Bepaal het onderwerp. Waar gaat de tekst over?
Slide 4 - Tekstslide
Elke tekst heeft een tekstdoel. Welke tekstdoelen zijn er?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
In welke tekst staan vooral feiten?
A
Adviserende tekst
B
Informerende tekst
C
Instruerende tekst
D
Overtuigende tekst
Slide 7 - Quizvraag
In welke tekst staan 'doe-woorden'? (gebiedende wijs)
A
Informatieve tekst
B
Adviserende tekst
C
Instruerende tekst
D
Overtuigende tekst
Slide 8 - Quizvraag
Aan de slag
Maak de (papieren) opdracht over tekstdoelen
Slide 9 - Tekstslide
Spiekkaart begrijpend lezen
Oriënterend lezen:
Waar gaat deze tekst over?
Wat weet je van het onderwerp?
Waar denk je dat deze tekst over zal gaan?
Slide 10 - Tekstslide
Spiekkaart begrijpend lezen
Globaal lezen:
Lees de eerste en laatste alinea
Intensief lezen:
Onderstrepen en markeren!
Let op signaalwoorden (ten eerste, ten tweede, ook, daarbij, bovendien...)
Slide 11 - Tekstslide
Aan de slag met Studiemeter
Ga naar Studiemeter > ViaStarttaal Online
Selecteer 2F > Lezen
Tekst 1: Forumdiscussie over asociaal gedrag in de trein
Wat is een discussie?
Slide 12 - Tekstslide
Lees de eerste en laatste alinea
Slide 13 - Tekstslide
Lees de eerste en laatste alinea
Slide 14 - Tekstslide
Aan de slag met het boek
Thema 1: Vrije Tijd
Lees pagina 10
Maak opdracht 1 op pagina 12
Lees pagina 15
Maak opdracht 3
Pagina 20: opdracht 5 en 6
Slide 15 - Tekstslide
Welke woorden staan in de gebiedende wijs?
Slide 16 - Tekstslide
1. Waarom is de sport zorben bedacht? Met welk doel?
2. Voor wie is de Oranjecamping open gesteld? Voor iedereen?
Slide 17 - Tekstslide
1. Waarom is de sport zorben bedacht? Met welk doel? Om een adrenalinekick te krijgen.
2. Voor wie is de Oranjecamping open gesteld? Voor iedereen?
Alleen voor Opel-rijders.
Onderwerp = Een woordgroep (1 tot 3 woorden)
Hoofdgedachte = een hele zin
Slide 18 - Tekstslide
Verder met het boek
Ga naar pagina 18 t/m 21
Maak opdracht 4, 5 en 6
Feiten (objectief) en meningen (subjectief)
Wanneer iemand subjectief is, is hij/zij beïnvloed door zijn of haar eigen meningen en ervaringen.
Slide 19 - Tekstslide
Subjectief en objectief
Om 12 uur is er een inbraak gepleegd.
Er is ingebroken in een huis aan de Aalsterweg.
Het is het mooiste huis van de straat.
Op de achterdeur zijn inbraaksporen zichtbaar.
De jongens van de buurt hebben de inbraak waarschijnlijk gepleegd, want zij zijn altijd uit op rottigheid.
Slide 20 - Tekstslide
Informerende tekst
Feiten
Meningen van anderen
Nieuwsberichten, studieboeken
Slide 21 - Tekstslide
Instruerende tekst
Doe-woorden, gebiedende wijs
Je geeft een bevel, iemand moet iets doen!
Snijd de tomaten in 4 stukjes
Hak de peterselie
Breng 1,5 liter water aan de kook
Voeg een bouillonblokje toe
Slide 22 - Tekstslide
Overtuigende tekst
De mening (het standpunt) van de schrijver staat centraal.
Het standpunt wordt onderbouwd met argumenten.
De lestijden op school mogen niet later zijn dan 15:00 uur. Ten eerste, veel studenten hebben nog een bijbaan. Ten tweede, studenten moeten vaak ver reizen. Ten derde, studenten sporten vaak in de vrije tijd en hebben ook nog een sociaal leven.
Slide 23 - Tekstslide
Verder met het boek
Ga naar pagina 22, lees de informatie over een instruerende tekst.
Maak opdracht 7 en 8.
Ga naar pagina 23, lees de informatie over een overtuigende tekst.
Maak opdracht 9.
Slide 24 - Tekstslide
Muziekrechten op het internet
Je mag niet zomaar muziek gebruiken die door een ander is gemaakt. YouTube kan je video verwijderen als je dat wel doet. Je kan wel muziek uit de bibliotheek AudioSwap gebruiken. Ook kan je Creative Commons gebruiken, je moet dan wel de bron benoemen.
Slide 25 - Tekstslide
Duiven en doping
Ga naar bladzijde 29. Maak de vragen bij de tekst.
4B mag je overslaan.
Slide 26 - Tekstslide
Duiven en doping
Tekstsoort = nieuwsbericht
Tekstdoel = informeren
Onderwerp = doping bij topduiven
Voorspelling = duiven krijgen doping toegediend zodat ze beter presteren.
Slide 27 - Tekstslide
Duiven en doping
Waarom wordt doping gezien als een goede investering?
Waarom willen mensen duiven kopen van de winnaars?
Welke vormen van doping worden gebruikt?
Hoe wordt er momenteel op gecontroleerd?
Slide 28 - Tekstslide
Duiven en doping
Sommige duivenmelkers geven hun duiven doping, voornamelijk cortison. Het doel is dat de duiven beter kunnen vliegen, zodat ze grote geldprijzen kunnen winnen. Het zou goed zijn als de controles worden geprofessionaliseerd.