Th 11 Transport BS 2 Transportsystemen bij dieren

Th 11 Transport
BS 2 Transportsystemen bij dieren
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Th 11 Transport
BS 2 Transportsystemen bij dieren

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog van de bloedsomloop?

Slide 2 - Woordweb

Hieronder zie je 3 verschillende soorten organismen.
Wat voor verschillen (in transportsystemen) denk je dat er zijn? Overleg met buurvrouw en vul dit op de volgende slide in....

Slide 3 - Tekstslide

Verschil in transportsysteem sprinkhaan - snoekbaars - paard

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen BS 2 Transportsystemen
  • Je kunt de verschillende transportsystemen bij dieren herkennen
  •  Je kunt de functies van de bloedsomloop benoemen

Roodgedrukte begrippen moet je kennen voor het CE!!

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht
1. Lees blz. 18 t/m 21, arceer de belangrijkste delen.

2. Maak in tweetallen een poster waarin je de verschillende transportsystemen uitlegt. Wat er in ieder geval in naar voren moet komen is:
- het verschil tussen de transportsystemen bij eencelligen, geleedpotigen, vissen en vogels/zoogdieren.
- hoe de benodigde stoffen het organisme binnen komen en de afvalstoffen het organisme verlaten (bij eencelligen, geleedpotigen, vissen en vogels/zoogdieren)
- hoe het transportsysteem werkt (bij eencelligen, geleedpotigen, vissen en vogels/zoogdieren)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Geen scheiding tussen bloed en lichaamsvocht

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

OEFENEN

Slide 14 - Tekstslide

open bloedsomloop
gesloten bloedsomloop

Slide 15 - Sleepvraag

Bij vissen is zuurstofarm en zuurstofrijk bloed niet gescheiden. Waarom hebben vissen genoeg aan een enkelvoudige bloedsomloop?

Slide 16 - Open vraag

Zuurstofarm -
kleine bloedsomloop
Zuurstofrijk -
grote bloedsomloop
Zuurstofrijk -
kleine bloedsomloop
Zuurstofarm -
grote bloedsomloop

Slide 17 - Sleepvraag

Welke functies hebben de bloedsomlopen?
Grote Bloedsomloop
Kleine bloedsomloop
Zuurstof afgeven aan cellen
Zuurstof opnemen in het bloed
koolstofdioxide afgeven aan de longen
koolstofdioxide opnemen in het bloed

Slide 18 - Sleepvraag

Waarom heet onze bloedsomloop een dubbele bloedsomloop?

Slide 19 - Open vraag

Benoem een verschil tussen de bloedsomloop van een kikker en dat van een mens. Welke bloedsomloop is efficiënter?

Slide 20 - Open vraag

Waarom hebben warmbloedige dieren een dubbele gesloten bloedsomloop?
A
Dan wordt er meer zuurstof vervoerd naar de organen toe
B
Dan stroomt het bloed sneller en gaat er minder warmte verloren
C
Er gaat geen bloed verloren dus de organen krijgen veel bloed
D
Zo kan het bloed beter op temperatuur worden gehouden

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Van welke klasse organismen zijn dus deze 4 bloedsomlopen? 
Kun je ook uitleggen waarom? Overleg per tafel!

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Transportsystemen
Eencelligen
Meercelligen
Meercelligen
Meercelligen
Insecten
Vissen
Andere gewervelden
Open/gesloten
Open
Open
Gesloten
Gesloten
Transport van stoffen
Kleine afstand
Via hemolymfe
Via bloedvatstelsel
Via bloedvatstelesel
Richting
Diffusie
Vrij rondom organen
Enkelvoudig, Circulair
Dubbel, Circulair
Aandrijvende kracht
Passief (Hoe?)
Buisvormig hart
1 boezem, 1 kamer, 1x door hart
2 boezems, 2 kamers, 2x door hart

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoel : Je kunt de verschillende transportsystemen bij dieren herkennen
Dat kan ik
Dat kan ik een beetje, ik begrijp alleen nog niet helemaal...
Dat kan ik niet

Slide 29 - Poll

Leerdoel : Je kunt de functies van een bloedsomloop benoemen
Dat kan ik
Dat kan ik een beetje, ik begrijp alleen nog niet helemaal...
Dat kan ik niet

Slide 30 - Poll

Opdrachten maken
Maak opdracht 12 t/m 20

Slide 31 - Tekstslide