In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
2.1 Nationalisme
Slide 2 - Tekstslide
Planning
- Klassikaal oriëntatie maken.
- Uitleg 2.1
- Start maken opdr. 2.1
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoel
1. Je kunt uitleggen hoe het dagelijks leven in de 19e eeuw
veranderde door allerlei uitvindingen
2. Je kunt met een voorbeeld uitleggen wat nationalisme is
3. Je kunt met twee voorbeelden uitleggen dat nationalisme
leidde tot spanningen en nieuwe grenzen in Europa.
Slide 4 - Tekstslide
Vooruitgang door uitvindingen
Rond 1850 ontstond het gevoel van vooruitgang in Europa.
Vooruitgang = Het idee dat het steeds beter gaat met de mensheid.
Deze vooruitgang kwam mede door allerlei uitvindingen.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Het dagelijks leven verandert
1. Massaproductie in fabrieken.
2. Mensen konden zich sneller verplaatsen.
3. Elektriciteit zorgt voor een comfortabeler leven.
4. Het werd makkelijker om met anderen te communiceren.
5. Er stierven rond 1900 minder mensen.
Slide 7 - Tekstslide
Nationalisme
In de 19e eeuw groeide het nationalisme.
Nationalisme = grote voorliefde voor je eigen volk, taal, geschiedenis en cultuur.
Groeide door werk van kunstenaars en schrijvers en school (eigen geschiedenis en taal)
Er werden verhalen verteld en doorgegeven en standbeelden gemaakt van belangrijke landgenoten.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Gevolgen voor de grenzen in Europa
Twee gevolgen:
Mensen gingen zich sterker en beter voelen dan mensen van een ander volk.
Nationalisten wilden een eigen land voor hun volk.
Volken die verspreid woonden over meerdere landen, bv Duitsland
Volken die in een veelvolkerenstaat woonden wilden een eigen land, bv het Ottomaanse rijk en België
Slide 10 - Tekstslide
Nieuwe landen ontstonden
Duitsland: Duitse Nationalisten wilden alle Duitse gebieden onder één bestuur. Uiteindelijk ontstond in 1871 - na een korte oorlog- één Duitsland, zonder Oostenrijk.
Ottomaanse rijk: In dat rijk woonden naast Turken ook Grieken, Roemenen, Bulgaren en Serven. Velen kwamen in opstand tegen de Turkse bestuurder. Het Ottomaanse Rijk brokkelde steeds verder af.
Slide 11 - Tekstslide
Nederland
In 1815 waren de oude Republiek en de Zuidelijk Nederlanden (nu België) samengevoegd. In 1830 maakte België zich los van Nederland.
Slide 12 - Tekstslide
Vragen?
Aan de slag:
2.1 Nationalisme
Opdr. 1 t/m 6 + 8 t/m 10 + 12
Blz. 76 t/m 84
Slide 13 - Tekstslide
Een moderne samenleving
Veranderingen in West-Europa 1850-1900:
Veel nieuwe uitvindingen --> massaproductie
Nieuwe transportmiddelen (stoomtrein en stoomschip)
en verbeterde infrastructuur (spoorwegen, spoorwegbruggen,
nieuwe kanalen)
Nieuwe communicatiemiddelen (telegraaf, telefoon, radio en postschepen)
Betere hygiëne en medische zorg zorgden voor bevolkingsgroei.
Sociale wetten zorgden ervoor dat de ergste armoede verdween.
Slide 14 - Tekstslide
Kan je andere nationalistische voorbeelden noemen?