Weektaak 5: Expliquer (grammaire H) + oefenen (grammaire H)

Bonjour
havo/vwo-1!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- iPads dicht op tafel!
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bonjour
havo/vwo-1!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- iPads dicht op tafel!

Slide 1 - Tekstslide

Planning du jour
Les 1:
- Vragen over de weektaak?
- Expliquer: grammaire H
- Faire: la tâche de la semaine.
- Volgende les

Les 2:
- Répéter: grammaire H
- Oefenen: grammaire H
- Faire: la tâche de la semaine
- Les devoirs

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de week:

  • weet ik wat het persoonlijk voornaamwoord in het Frans is.
  • kan ik het werkwoord 'avoir' vervoegen in het Frans.

Slide 3 - Tekstslide

Vragen over les devoirs?
De weektaak was:

Faire (maken)
exercice 23 t/m 26 + 28
overschrijven phrases clés G

Apprendre (leren)
voca E & F
phrases clés G

Slide 4 - Tekstslide

Expliquer:
grammaire H
Dit grammatica-onderdeel bestaat uit 2 delen. Het gaat namelijk om het onregelmatige werkwoord avoir (hebben).

Maar voor ik jullie aan kan leren wat een vorm van een werkwoord is, wil ik jullie eerst aanleren welke persoonlijke voornaamwoorden er in het Frans zijn.

Neem daarom de volgende 2 slides goed over in je aantekeningenschrift!

Slide 5 - Tekstslide

Grammaire H:
persoonlijke voornaamwoorden
Enkelvoud
ik  --->  je
jij --->  tu
hij ---> il
zij ---> elle
men ---> on
Meervoud
wij --> nous
u, jullie --> vous
zij (mannelijk meervoud) --> ils
zij (vrouwelijk meervoud) --> elles



Slide 6 - Tekstslide

Grammaire H:
het werkwoord avoir
Het rijtje hieronder moet je kennen voor het SO en het proefwerk, het is een kwestie van stampen!

j'ai               --> ik heb
tu as            --> jij hebt
il/elle/on a    --> hij/zij/men heeft

nous avons    --> wij hebben
vous avez      --> u hebt/jullie hebben
ils/elles ont   --> zij hebben (meervoud)

Slide 7 - Tekstslide

Grammaire H:
praktische tip?
Wanneer je in de zin niet een persoonlijk voornaamwoord ziet staan, is het soms lastig om te weten welke vorm je invult..
Daarom: een tip!

Bij 1 naam: de il/elle/on-vorm
Bij le/la/l': de il/elle/on-vorm

Bij 2 namen: de ils/elles-vorm
Bij les/des: de ils/elles-vorm

Slide 8 - Tekstslide

Zijn er nog vragen?
Is het iedereen gelukt om de aantekening over te nemen?

Wie heeft er nog een vraag over het het persoonlijk voornaamwoord of het werkwoord 'avoir'?

Nu is het moment om de vragen te stellen, anders gaan we door met het huiswerk :).

Slide 9 - Tekstslide

Tâche de la semaine:
exercice 30 t/m 33
De spelregels:
- Je maakt de opdrachten zelfstandig.

- Als je iets wilt vragen, steek je je vinger op.
- Muziek luisteren mag, maar alleen als je oordopjes hebt.

- Andere apps op de iPad openstaan is iPad inleveren tot aan het einde van de les.
- Problemen met je iPad? Vraag je iCoach :)!

Als je klaar bent met je huiswerk en de les is nog niet om, ga je alvast kijken naar het leerwerk voor de volgende les.

Slide 10 - Tekstslide

Komende les
Komende les:
- herhalen bron H + oefenen
- overzicht: welke onderdelen verdienen nog aandacht?

Faire (maken):
- exercice 30 t/m 33

Apprendre (leren):
- voca E & F
- phrases clés G
- grammaire H

Slide 11 - Tekstslide

Bonjour
havo/vwo-1!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- iPads dicht op tafel!

Slide 12 - Tekstslide

Planning du jour
Les 1:
- Vragen over de weektaak?
- Expliquer: grammaire H
- Faire: la tâche de la semaine.
- Volgende les


Les 2:
- Répéter: grammaire H
- Oefenen: grammaire H
- Faire: la tâche de la semaine
- Les devoirs

Slide 13 - Tekstslide

Répéter:
grammaire H
Een aantal vragen:

- Over welk grammatica-onderdeel hebben we het de vorige keer gehad?

- Kent iemand het rijtje van de persoonlijke voornaamwoorden misschien al?

- Kan iemand het werkwoordsrijtje opnoemen?


Slide 14 - Tekstslide

Répéter:
grammaire H
Dit grammatica-onderdeel bestaat uit 2 delen. Het gaat namelijk om het onregelmatige werkwoord avoir (hebben).

Maar voor ik jullie aan kan leren wat een vorm van een werkwoord is, wil ik jullie eerst aanleren welke persoonlijke voornaamwoorden er in het Frans zijn.

Neem daarom de volgende 2 slides goed over in je aantekeningenschrift!

Slide 15 - Tekstslide

Grammaire H:
persoonlijke voornaamwoorden
Enkelvoud
ik  --->  je
jij --->  tu
hij ---> il
zij ---> elle
men ---> on
Meervoud
wij --> nous
u, jullie --> vous
zij (mannelijk meervoud) --> ils
zij (vrouwelijk meervoud) --> elles



Slide 16 - Tekstslide

Grammaire H:
het werkwoord avoir
Het rijtje hieronder moet je kennen voor het SO en het proefwerk, het is een kwestie van stampen!

j'ai               --> ik heb
tu as            --> jij hebt
il/elle/on a    --> hij/zij/men heeft

nous avons    --> wij hebben
vous avez      --> u hebt/jullie hebben
ils/elles ont   --> zij hebben (meervoud)

Slide 17 - Tekstslide

Grammaire H:
praktische tip?
Wanneer je in de zin niet een persoonlijk voornaamwoord ziet staan, is het soms lastig om te weten welke vorm je invult..
Daarom: een tip!

Bij 1 naam: de il/elle/on-vorm
Bij le/la/l': de il/elle/on-vorm

Bij 2 namen: de ils/elles-vorm
Bij les/des: de ils/elles-vorm

Slide 18 - Tekstslide

Zijn er nog vragen?
Wie heeft er nog een vraag over het persoonlijk voornaamwoord of het werkwoord 'avoir'?

Nu is het moment om de vragen te stellen, anders gaan we dit onderdeel oefenen!

Slide 19 - Tekstslide

Oefenen:
grammaire H
Vul de code in op LessonUp, als je dit nog niet hebt gedaan.

Er komen zometeen een aantal vragen via deze LessonUp.
Je zult op het komende so en proefwerk ook dit soort vragen kunnen verwachten.

We bespreken de vragen waarbij de meeste fouten worden
gemaakt.

Slide 20 - Tekstslide


Vul de juiste vorm in van het werkwoord avoir.

Vous _______ une grande maison?

Slide 21 - Open vraag


Vul de juiste vorm in van het werkwoord avoir.

Oui, on _____ une grande maison.

Slide 22 - Open vraag


Vul de juiste vorm in van het werkwoord avoir.

Nous_____ deux salles de bains..

Slide 23 - Open vraag


Vul de juiste vorm in van het werkwoord avoir.

Et Paul & Simon ______ aussi une grande maison?

Slide 24 - Open vraag

Overzicht:
wat te leren/doen voor de toetsen?
Proefwerk chapitre 1
- voca A, B, E & F (Frans - Nederlands)
- phrases clés C & G (Nederlands - Frans)
- grammaire D (lidwoord) & H (werkwoord avoir)

Slide 25 - Tekstslide

Les devoirs
Komende les:
- Le bilan chapitre 1 (D-toets)

Faire (maken):
- exercice 30 t/m 33

Apprendre (leren):
- voca E & F (Frans-Nederlands)
- phrases clés G (Nederlands-Frans)
- grammaire H

Slide 26 - Tekstslide

Afsluiting
Ik wil graag even checken of de doelen van vandaag zijn behaald.
Pak je iPad en vul de code in (als je dat nog niet hebt gedaan), om de volgende vragen kort te beantwoorden.

Slide 27 - Tekstslide


Leerdoel 1: weet ik wat het persoonlijk voornaamwoord in
het Frans is.

A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
uitmuntend

Slide 28 - Quizvraag


Leerdoel 2: kan ik het werkwoord 'avoir' vervoegen in
het Frans.
A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
uitmuntend

Slide 29 - Quizvraag

Tot de volgende les!

Slide 30 - Tekstslide