1E do 27 januari Tekstlab

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Als je 

binnenkomt:

BEN IK RUSTIG LOPEND DE KLAS INGEKOMEN?

BEN IK ZONDER LAWAAI TE MAKEN DE KLAS BINNENGEKOMEN?

HEB IK MIJN TELEFOON IN DE TAS GESTOPT?

ZIT IK AAN TAFEL, LIGT MIJN BOEK, SCHRIFT, PEN OP TAFEL?

STAAT MIJN TAS NAAST ME OP DE GROND? 

BEN IK STIL AAN HET WACHTEN TOT DE LES BEGINT?  Zo ja  --> 

Wat gaan we doen:

10 minuten lezen

Werken aan paragraaf 1.5: check-in duo's

1A: 1 t/m 9

1E: 1 t/m 10

Elkaars antwoorden vergelijken

Lesafsluiting

Wat gaan we doen vandaag:

Tekst en opdrachten over filmmaken

Lesdoel: na deze les kan ik signaalwoorden van tegenstelling herkennen

Een signaalwoord is:

1. Een woord dat aangeeft wat je bedoelt
2. Een woord dat de relatie tussen zinnen aangeeft

Ik was jarig. Ik kreeg een fiets en een jas. Bovendien kreeg ik veel bezoek. 'Bovendien' is een signaalwoord van...

Een 'tegenstelling' betekent: twee dingen staan tegenover elkaar. Bijvoorbeeld:
'Het regent, maar de zon schijnt.'
Welk woord in deze zin laat zien dat het om een tegenstelling gaat?

Hoewel ik ziek was, ben ik naar school gegaan.

Welk woord geeft hier de tegenstelling aan?

Signaalwoorden: tegenstelling

.

.

.

.

.

.

Aan de slag

We lezen de tekst samen. 

Je werkt rustig tot je alle opdrachten hebt gemaakt. 

Je mag met je buurman/vrouw overleggen, maar doe dit rustig.

Als jullie klaar zijn, bespreken we de antwoorden. 

Maak een zin met een signaalwoord van tegenstelling

Evaluatie

• Wat heb je geleerd deze les?
• Wat ging er goed?
• Wat kan beter?