Modalverben dürfen, können und mögen

timer
2:00
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Modale hulpwoorden
dürfen / können / mögen

Slide 2 - Tekstslide

Met de modale hulpwoorden kan je aangeven of iets wenselijk of mogelijk is. Ze worden veel gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

Wat valt je op?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De tweede letter verandert zich naar welke letter?

dürfen, können, mögen
Dure konijnen mogen aaien
A
i
B
u
C
e
D
a

Slide 6 - Quizvraag

Vertaal:
mogen
A
dürfen
B
mögen

Slide 7 - Quizvraag

Wie lange ....... (dürfen) ihr bleiben?
A
darf
B
darft
C
dürft
D
dürftet

Slide 8 - Quizvraag

Warum ...... (können) du morgen nicht kommen?
A
könnst
B
kanst
C
kannst
D
kan

Slide 9 - Quizvraag

modale werkwoorden
Hunde (mv)_____ mit in diesen Park.
A
darf
B
darfst
C
dürfen
D
dürft

Slide 10 - Quizvraag

modale werkwoorden
In Restaurants _____ er auch mit Kreditkarte zahlen.
A
kann
B
kannst
C
können
D
könnt

Slide 11 - Quizvraag

modale werkwoorden
Sander ...... dir helfen.
A
kann
B
könnt
C
können
D
kannst

Slide 12 - Quizvraag

modale werkwoorden
Ihr ...... es nicht sehen
A
kann
B
kannst
C
können
D
könnt

Slide 13 - Quizvraag

Modale werkwoorden
Ich ..... es euch nicht sagen
A
dürfen
B
darf
C
dürft
D
dürf

Slide 14 - Quizvraag

Vervoeg het modale werkwoord:

(können) Ich ............... gut kochen

Slide 15 - Open vraag

dürfen, können of mögen:
Ihr ....... gut Volleyball spielen.
timer
0:20

Slide 16 - Open vraag

Vul de juiste vorm in. Kies uit de werkwoorden: dürfen – können – mögen
Wir __________________ bis 1 Uhr ausgehen. Meine Eltern wollen das!

Slide 17 - Open vraag

dürfen, können of mögen
........ ihr auch gern Fisch?

Slide 18 - Open vraag

Vul de juiste vorm in. Kies uit de werkwoorden: dürfen – können – mögen
_____________________ du gut Fußball spielen

Slide 19 - Open vraag