V3B Het gouden ei: les 6

Nederlands
Fictie: theorie toegepast op
'Het gouden ei'
Les 6
V3B

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Fictie: theorie toegepast op
'Het gouden ei'
Les 6
V3B

Slide 1 - Tekstslide

Noem zeker 4 manieren om spanning
op te bouwen in een verhaal.

Slide 2 - Woordweb

2. Wat is de belangrijkste cliffhanger in Het Gouden Ei?

Slide 3 - Open vraag

3. Welke informatievoorsprong krijgt de lezer op Lex tijdens het lezen van het hoofdstuk over Lemorne?

Slide 4 - Open vraag

Setting: tijd + ruimte

Slide 5 - Tekstslide

4. Is Het Gouden Ei tijdloos? Waarom zou je kunnen zeggen van wel? En waarom van niet?

Slide 6 - Open vraag

5. Welk hoofdstuk zorgt ervoor dat Het Gouden Ei niet-chronologisch is?
A
Deel 1
B
Deel 2
C
Deel 3
D
Deel 4 en 5

Slide 7 - Quizvraag

6. Wat is de vertelde tijd van Het Gouden Ei?

Slide 8 - Open vraag

7. Noem 3 vertelperspectieven.

Slide 9 - Woordweb

8. In het boek wordt een wisselend vertelperspectief gebruikt. Leg dit uit.

Slide 10 - Open vraag

9. Wat voor einde heeft het boek?
A
open einde
B
gesloten einde

Slide 11 - Quizvraag

thema/ motieven/ moraal

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht:

Schrijf nu een korte recensie (300 woorden) over Het Gouden Ei. Bespreek in hoeverre het boek gaat over:
o Het thema ‘de ware liefde’.
o Het motief ‘toeval’.
o De moraal van het verhaal, als die er is.


Slide 13 - Open vraag