Past simple and past continuous

Welcome
Past simple and past continuous 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welcome
Past simple and past continuous 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aims 
I can tell the difference between the past simple and the past continuous

I can use the past simple and past continuous

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple
De Past Simple is de Engelse term voor de verleden tijd 
Je gebruikt deze term als je het hebt over:

Feiten, gewoonten of dingen die je doet met regelmaat die in het verleden gebeurd zijn en nu helemaal klaar zijn.

Stam + ed / onregelmatig werkwoord


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

past continuous 
De Past Continuous is de deurvorm in de verleden tijd. Je gebruikt deze vorm als je wil zeggen dat:

Iets op een bepaald moment in het verleden een tijd(je) aan de gang was. 

Was/were & werkwoord + ing 


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden
Voor de Past Continuous:
When, while 

Voor de Past simple zijn het vaak tijdsbepalingen uit het verleden: yesterday, last week, last year, 1997, 2 days ago, etc.  

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past Continuous vs. Past Simple 
Je gebruikt de Past Continuous in combinatie met de Past Simple om aan te geven dat er iets gebeurde (korte actie: Past simple) terwijl er al iets aan de gang was (lange actie: Past continuous). 


Example:
I was reading a book when the phone rang
I was washing my car when the accident happened 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Any questions before we continue ?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I ...... to my neighbour yesterday.
A
talk
B
talks
C
talked
D
were talking

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de signaalwoorden voor de Past Simple (Minimaal 2)

Slide 9 - Open vraag

yesterday, last week/year, two hours/days/weeks/years. in April, in 1592
Fill in the Past Continuous: We ....... a good movie when the phone rang
A
watched
B
have watched
C
were watching
D
are watching

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de signaalwoorden voor de Past Continuous?

Slide 11 - Open vraag

when
while
at the same time
  to be werkwoord-ing
Ik... I was playing
Jij... You were walking
Hij... He was studying
Zij... She was eating
Het... It was hurting
Wij... We were swimming
Jullie... You were driving
Zij... They were travelling
Past simple and Past Continuous

I ___ (wait) for the bus when it _____ (start) to rain.

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Past continuous and past continuous

While we _____ (walk) the dog, the neighbors ____ (wash) their car.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Past simple and Past continuous

I ____(read) the newspaper, when all of a sudden my cat _____(jump) onto my lap.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

to take place
A
happen
B
act
C
move

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Another word 'for very hot'

Slide 16 - Open vraag

boiling
Describe hurricane

Slide 17 - Open vraag

a storm that has very strong, fast winds and moves over water
Another word for 'a thick tropical forest'

Slide 18 - Open vraag

jungle
Another word for 'the ability to be sensible'

Slide 19 - Open vraag

common sense
Another word for 'one of the flat green parts of a plant'

Slide 20 - Open vraag

leaf
Describe battery-operated

Slide 21 - Open vraag

using electricity from batteries to work
Homework

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies