3TD - H2 Taalverzorging: Samengestelde zinnen

Hoofdstuk 2
Taalverzorging
Samengestelde
Zinnen

Ga zitten op je plaats
Pak je spullen
stil lezen 

(Jas aan de kapstok, 
niet eten tijdens de les, 
telefoon in tas.)
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2
Taalverzorging
Samengestelde
Zinnen

Ga zitten op je plaats
Pak je spullen
stil lezen 

(Jas aan de kapstok, 
niet eten tijdens de les, 
telefoon in tas.)

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we 
vandaag doen?
    • Uitleg Samengestelde zinnen;

    • Zelfstandig werken.

    • De les afsluiten.

    Slide 2 - Tekstslide

    De vorige les:
    Hebben we de toetsen nagekeken, en heeft iedereen voor zichzelf duidelijk wat hij/zij beter kan doen op de volgende toets.

    N.B: Als jullie het uur na de pauze vrij zijn, mogen jullie best vragen of jullie in de pauze de les mogen hebben, zodat jullie eerder vrij zijn.

    Slide 3 - Tekstslide

    Dit kan ik aan het einde van deze les:
    • De persoonsvorm en onderwerpen vinden in samengestelde zinnen.

    Slide 4 - Tekstslide

    Waarom leren over samengestelde zinnen?
    Omdat je gemakkelijker zinnen kan vervoegen. En omdat je dan weet hoe een zin is opgebouwd. 

    Slide 5 - Tekstslide

    Samengestelde zinnen:
    Elke zin bevat een persoonsvorm. Een zin met één persoonsvorm en één onderwerp is een enkelvoudige zin.

    Zinnen met twee of meer persoonsvormen noem je samengestelde zinnen.

    Slide 6 - Tekstslide

    Enkelvoudige zinnen:
    Enkelvoudige zin:
    Opa werkte. 
    Oma deed het huishouden. 

    Iedereen viert feest. 
    Het is Bevrijdingsdag.

    Slide 7 - Tekstslide

    Samengestelde zinnen:
    Samengestelde zin:
    Opa werkte en oma deed het huishouden. 

    Iedereen viert feest, want het is Bevrijdingsdag.

    Slide 8 - Tekstslide

    Samengestelde zinnen:
    Let op: bij elke persoonsvorm hoort een onderwerp. 

    Als je van twee losse zinnen één zin maakt, heb je een voegwoord nodig. De woordvolgorde van zo’n samengestelde zin hangt af van het voegwoord. Met een voegwoord zoals en, maar en want staan de persoonsvormen en de onderwerpen naast elkaar.

    Slide 9 - Tekstslide

    Samengestelde zinnen:
    Samengestelde zin:
    Opa werkte en oma deed het huishouden. 

    Iedereen viert feest, want het is Bevrijdingsdag.

    Slide 10 - Tekstslide

    Samengestelde zinnen:
    Met andere voegwoorden, zoals omdat, doordat en hoewel, hoeven de persoonsvormen en de onderwerpen niet naast elkaar te staan. 

    Slide 11 - Tekstslide

    Aan de slag met:
    • H2 Taalverzorging: Formuleren

    Hoe? Per laptop

    Vragen:
    Ik loop door het lokaal om je vraag te beantwoorden. Ik kom vanzelf bij je 
    langs.

    Wat te doen als je klaar bent:
    H2 Taalverzorging Spelling.


    Voor hoe lang?




    Groen: Overleggen met je klasgenoten mag. Heb je vragen? Wacht op de docent, of vraag je klasgenoot.
    Oranje: We werken op fluisterniveau, vragen? Wacht op de docent.
    Rood: We zijn stil aan het werk. Je vragen mag je op een later moment stellen.



    timer
    8:00

    Slide 12 - Tekstslide

    Vandaag:
    Hebben we uitleg gehad over Samengestelde zinnen.

    Zijn we aan de slag gegaan met samengestelde zinnen.  

    Slide 13 - Tekstslide

    De volgende les:
    Hebben jullie les van mevrouw Boels. 

    Je leesboek neem je mee net zoals je laptop.

    De toets taalverzorging vindt plaats op donderdag 18 december.

    Slide 14 - Tekstslide