hfdts 2 met te

• NT2
• MBO
• Studiejaar 1

Om + te + infinitief

Doel

• Je weet hoe je om + te + infinitief moet gebruiken.
• Je hebt zinnen met om + te + infinitief geoefend.
• Je hebt om + te + infinitief in je spreekvaardigheid geoefend. 

Annet gaat naar de supermarkt om...

In september ga ik een weekend naar Parijs om...

John wil graag zijn Engels verbeteren om...

Victoria wil elk jaar een week naar haar land om...

Ik gebruik mijn mobiele telefoon om...

In de winter is het vervelend om...

Albert vindt het interessant om...

Grammatica 

Zijn + aan het + infinitief (hoofdstuk 6 In Zicht, pagina 207)

1. Elske schrijft een verslag (zijn + aan het + infinitief)

2. De docent schrijft de nieuwe woorden op (zijn + aan het + infinitief)

3. De loodgieter repareert de lekke waterleiding (zijn + aan het + infinitief)

4. Werk je vandaag in de tuin? (zijn + aan het + infinitief)

5. De politici discussiëren over de corona-crisis (zijn + aan het + infinitief)

Ik vind het moeilijk om...

Wouter vindt het een beetje saai om...

Vandaag is het te warm om...

Oefenen

Opdracht: Kijk naar de foto op het bord. Kun je hierbij alleen een zin met 'te' of zonder 'te' maken of allebei? Schrijf één zin of twee zinnen, met of zonder 'te'. We beoordelen samen of de zinnen goed zijn.