B5 Het immuunsysteem

Thema 13 Bloedsomloop
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Thema 13 Bloedsomloop

Slide 1 - Tekstslide

Pak je boek en een laptop

Slide 2 - Tekstslide

Basisstof 6 Het immuunsysteem
Lees B6 in je (online) boek:

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel
  • Je kunt beschrijven hoe antistoffen bescherming bieden tegen infecties.
  • Je kunt beschrijven op welke manieren immuniteit kan ontstaan.
  • Je kunt omschrijven wat er aan de hand is bij een allergie.

Slide 4 - Tekstslide

Bekijk de video`s op de volgende slides en maak een samenvatting 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Slide 7 - Video

Antigenen
  • Infectie: binnendringen van ziekteverwekkers (bacteriën, virussen, schimmels)
  • Lichaamsvreemde stoffen: antigenen
  • Immuunsysteem gaat aan de slag
  • Witte bloedcellen maken ziekteverwekkers onschadelijk door insluiten 

Slide 8 - Tekstslide

Antistoffen
  • Antistoffen: stoffen die gemaakt worden door witte bloedcellen
  • Antistoffen zitten opgelost in het bloed
  • Antistoffen reageren op de antigenen
  • Antistoffen werken specifiek: ze werken maar op één antigeen
  • Ziekteverwekkers worden in-actief gemaakt

Slide 9 - Tekstslide

Immuniteit
Immuun:
  • Na een infectie blijft de antistof in bloed aanwezig
  • Je wordt niet ziek van de ziekteverwekker
Hoe kun je immuniteit opbouwen?
  • Natuurlijke immuniteit
  • Kunstmatige immuniteit

Slide 10 - Tekstslide

Natuurlijke immuniteit
  • Op een natuurlijke manier
  • Wanneer iemand ziek is geweest
  • Lichaam maakt zelf antistoffen aan
  • Levenslange immuniteit

- Bij eerste infectie: een beetje antistoffen
- Ziekteverwekkers zitten nu in geheugen van witte             bloedcellen
- Bij tweede infectie: sneller antistoffen + meer antistoffen

Slide 11 - Tekstslide

   Kunstmatige immuniteit
  • Op een kunstmatige manier
  • Door inenting / vaccinatie
  • Spuit met dode of verzwakte ziekteverwekkers (dit heet een vaccin)
  • Witte bloedcellen gaan nu antistoffen maken
  • Wanneer later de echte ziekteverwekkers binnendringen, heeft iemand al voldoende antistoffen
Voorbeeld: 
  • Griepspuit (voor mensen met zwak immuunsysteem zoals ouderen en jonge kinderen)
  • Coronavaccinatie

Slide 12 - Tekstslide

Vaccinatieschema Rijksvaccinatieprogramma

Slide 13 - Tekstslide

Allergische reactie
  • allergische reactie op vaccinatie
  • overgevoeligheid voor bepaalde stoffen
  • allergische reactie: rode plek, huiduitslag, branderig gevoel, jeuk of ontsteking
  • allergische reactie kunnen verergeren: slijmvliezen opzwellen, dikke lippen, vlekken op de huid, benauwd--> bloedvaten verwijden, daling bloeddruk: EPIPEN (adrenaline)

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Slide 17 - Link

Zelfstandig werken

  • Maak opdracht 1,2 en 4 t/m 7 
timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Succes!!!

Slide 19 - Tekstslide